Uitgelicht Blog
Doorgeschoten betrokkenheid
Ik ben benieuwd hoe een specialist op het gebied van Ouderbetrokkenheid, zoals mijn collega-blogger Peter de Vries, hier naar kijkt. Beste Peter, In een tijd...
Ouders worden door scholen steeds meer gezien als educatieve partners. Een goede relatie met en een grote betrokkenheid van ouders is dan ook van groot belang voor een zo optimaal mogelijk leerproces. Ouderverenigingen staan ouders bij voor een deskundig advies (op maat), voor het behartigen van hun belangen, voor cursussen over medezeggenschap en voor informatie over recente ontwikkelingen. Er zijn verschillende verenigingen, zij vertegenwoordigen vaak een bepaalde geloofs- of levensovertuiging. Kijk ook naar Vereniging voor ouders van kinderen met leer-, ontwikkelings- en gedragsstoornissen www.balansdigitaal.nl Federatie van ouderverenigingen www.fvo.nl Nederlandse katholieke vereniging van ouders NKO www.nko.nl Landelijke oudervereniging christelijk onderwijs www.ouders.net Ouders&COO www.ouders.nl Landelijke Oudervereniging Bijzonder Onderwijs op algemene grondslag www.lobo.nl Landelijke oudervereniging openbaar onderwijs www.voo.nl
Bekijk de veel gestelde vragen
Ik ben benieuwd hoe een specialist op het gebied van Ouderbetrokkenheid, zoals mijn collega-blogger Peter de Vries, hier naar kijkt. Beste Peter, In een tijd...
Uit wetsartikelen blijkt dat het in eerste instantie aan de (gescheiden) ouders is om elkaar te informeren over de vorderingen en ontwikkelingen van hun kind. In sommige gevallen is de relatie tussen de ouders echter zo vertroebeld, dat goede onderlinge communicatie niet meer aan de orde is. Dan komt de school in beeld. De AVS Helpdesk raadt scholen aan om beleid te formuleren over informatieverstrekking aan gescheiden ouders. Dit kan door de school worden opgenomen in de schoolgids. Ook bij aanmelding van nieuwe leerlingen is het raadzaam om de juridische status met betrekking tot gezag, omgang en informatievoorziening van ouders in kaart te brengen. Verder kan er op het aanmeldingsformulier standaard worden gevraagd naar namen en adressen van de beide ouders.
Hieronder een overzicht van de wetteksten waaraan de school zich dient te houden:
Adviezen LKC
De AVS Helpdesk wordt regelmatig geraadpleegd over dit onderwerp, zeker in situaties waarin de omgang tussen beide ouders na de scheiding problematisch verloopt.
Ouders hebben het recht om door de school geïnformeerd te worden over de vorderingen van hun (minderjarige) kind op school. Soms ontstaan problemen met de informatieverschaffing aan gescheiden ouders, met name als de niet met het gezag belaste ouder geïnformeerd wil worden, terwijl de wel met het gezag belaste ouder zich daartegen verzet. Op grond van artikel 1: 377b van het Burgerlijk Wetboek moet de ouder die alleen met het gezag is belast de andere ouder op de hoogte stellen over belangrijke aangelegenheden met betrekking tot de persoon en het vermogen van het kind en dient zij/zij de andere ouder te raadplegen over te nemen beslissingen. De rechter kan deze bepaling buiten toepassing verklaren als het belang van het kind dat vereist.
Desondanks wordt in principe de niet met het gezag belaste ouder op zijn verzoek door de school waar het kind onderwijs volgt op de hoogte gesteld (artikel 1:377c BW). De school is niet verplicht die informatie te verschaffen, als deze informatie ook niet aan de met het gezag belaste ouder zou worden verschaft of aan de persoon bij wie het kind zijn gewone verblijfplaats heeft, dan wel dat het belang van het kind zich tegen het verschaffen van informatie verzet. Actief informeren is hier van belang, zoals bijvoorbeeld het uitnodigen voor ouderavonden en rapportgesprekken. Als de situatie dat vraagt afzonderlijk voor beide ouders.
Vooral als een van de ouders bezwaar maakt, zal een school soms een lastige beslissing moeten nemen en mogelijk ingeklemd raken tussen de ene ouder die de informatie wenst en de andere ouder die deze informatieverstrekking in strijd met het belang van het kind acht. Het is van groot belang dat de school een neutrale positie inneemt en geen ‘partij kiest’ voor een van beide ouders. De school maakt in de genoemde situatie een eigen afweging en kan niet bouwen op het oordeel van anderen. Als de school besluit om de gevraagde informatie te weigeren op grond van die eigen afweging, kan de rechter op verzoek van de niet met het gezag belaste ouder bepalen dat de informatie op een eventueel door de rechter te bepalen manier moet worden verstrekt. De rechter wijst een dergelijk verzoek tot informatie in ieder geval af als het belang van het kind zich verzet tegen het verschaffen van de informatie.
Ook de interpretatie van belangrijke feiten en omstandigheden kan tot verschillen in opvatting leiden met (een van) de betrokken ouders. Het advies is om hier zorgvuldig mee om te gaan en vanuit de neutrale positie van de school actief en gedegen te informeren, tenzij dit niet in het belang van het betreffende kind/de betreffende leerling is. Ook hier maakt de school een eigen afweging.
In- en uitschrijven
Speciale aandacht is er ook voor het in- en uitschrijven: de school mag er vanuit gaan dat een ouder die zich meldt om een kind in te schrijven daartoe gemachtigd is, ook in de situatie van gescheiden ouders. Een handtekening van de tweede ouder met gezag is niet verplicht. De meest recente uitspraak van de Geschillencommissie hierover bevestigt dit (25 sept 2012, 105425). De commissie beveelt wel aan om op het inschrijvingsformulier de ruimte te scheppen voor het vermelden van de gegevens van beide ouders en van de manier waarop het gezag is geregeld. In geval van een scheiding dient de school deze informatie te achterhalen. Overigens is het uitschrijven van een leerling een reguliere administratieve handeling, waarvoor geen instemming of handtekening van een van de ouders noodzakelijk is. Hieraan voorafgegaan is immers de inschrijving aan de school.
Het verdient aanbeveling in de schoolgids te vermelden hoe de school in deze situaties handelt, liefst gebaseerd op bovenschools organisatiebeleid.
De Onderwijsconsulent is ingesteld door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) op verzoek van de Tweede Kamer, om ouders/verzorgers en scholen te adviseren en te begeleiden bij onderwijskwesties rond een kind met een handicap, ziekte of stoornis. Het gaat dan om problematiek rond plaatsing, schorsing, verwijdering, besteding van de rugzakgelden of onenigheid over het handelingsplan. Ook proberen onderwijsconsulenten oplossingen te vinden voor kinderen die langdurig thuiszitten zonder uitzicht op een onderwijsplaats.
De onderwijsconsulent voorziet in een behoefte. Dat blijkt uit het jaarlijks groeiende aantal verzoeken om advies en bemiddeling. Ouder- en onderwijsorganisaties, maar ook het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap onderkennen het belang van dit onafhankelijke netwerk. Daarom is de Stichting Ondersteuning Scholen en Ouders (SOSO) opgericht. De Onderwijsconsulenten en het ondersteunend bureau maken per 1 augustus 2009 deel uit van SOSO.
Er zijn géén kosten verbonden aan het inschakelen van een onderwijsconsulent. Onderwijsconsulenten worden gefinancierd door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap.
Een advies van een onderwijsconsulent is niet bindend. De school is niet tot overleg verplicht. Als ouders het er niet mee eens zijn, kunnen zij nog een oordeel vragen aan de Commissie Gelijke Behandeling (CGB). Ook de oordelen van de CGB zijn echter niet juridisch bindend. Als laatste mogelijkheid staat de weg naar de rechter open.
De AVS Helpdesk krijgt regelmatig vragen over ouders die invloed willen uitoefenen op het onderwijskundig rapport. De school moet voor elke leerling die de school verlaat een onderwijskundig rapport opstellen voor de ontvangende school.
In artikel 42 van de WPO (Wet Primair Onderwijs) staat omschreven dat het onderwijskundig rapport wordt opgesteld door de directeur, na overleg met het onderwijzend personeel. Ouders hebben géén invloed op de inhoud van het onderwijskundig rapport en kunnen dus géén correcties doorvoeren. De ouders ontvangen wel ter kennisgeving een afschrift van het onderwijskundig rapport. Op grond van de artikelen 33 en 34 van de Wbp (Wet bescherming persoonsgegevens) is de basisschool verplicht ouders van een leerling te informeren over welke gegevens van de leerling vanuit het onderwijskundig rapport worden gebruikt en aan wie deze gegevens worden verstrekt op welk moment en met welk doel.