Schooljaar 2018/2019 geldt de ketenbepaling niet bij invalkrachten die invallen voor zieke leerkrachten in het primair onderwijs. Deze maatregel staat in de Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) die minister Koolmees na de zomer naar de Tweede Kamer stuurt. Vooruitlopend op deze wetgeving willen de werkgevers en werknemers in het primair onderwijs de ketenbepaling al per cao buiten werking stellen. Minister Koolmees heeft dit verzoek goedgekeurd per ministeriële regeling. De cao-partijen moeten...
Het kabinet wil het voor werkgevers aantrekkelijker maken om werknemers in (vaste) dienst te nemen. Minister Koolmees wil dat meer werkenden zekerheid krijgen, terwijl tegelijkertijd flexwerk mogelijk blijft waar het nodig is. De maatregelen die dit moeten bereiken zijn gebundeld in het wetsvoorstel 'Wet arbeidsmarkt in balans' (WAB) van minister Koolmees (SZW). Tot 7 mei is het mogelijk om op het wetsvoorstel te reageren. De Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) bevat deze samenhangende...
Door de inwerkingtreding van de Wet werk en zekerheid (Wwz) zijn er veel vragen over hoe men hier in het onderwijs mee om moet gaan. Dit heeft ertoe geleid dat de sociale partners, de PO-Raad en de vakbonden (waaronder de AVS), samen hebben besloten de brochure 'Vervangingsbeleid en nieuwe contractvormen in de CAO PO 2016-2017' uit te brengen en te verspreiden onder scholen en schoolbesturen. De digitale versie van de brochure is hieronder te downloaden.DownloadsBrochure...
Tot 1 februari 2020 was er nog sprake van ontslagbeleid. Per genoemde datum is het nieuwe Hoofdstuk 10 van de CAO PO 2019 – 2020 in werking getreden en geldt het uitgangspunt van werk naar werk.
Bij RDDF-plaatsing is het afspiegelingsbeginsel van toepassing.
Plaatsing in het risicodragend deel van de formatie (RDDF) had vóór 1 februari 2020 moeten worden aangegeven in het (bestuurs)formatieplan 2020 – 2021. In dit plan dient aangegeven te worden welke functiecategorie(ën) de RDDF-plaatsing betreft en hoe het afspiegelingsbeginsel wordt toegepast. Voor de vaststelling van het (bestuurs)formatieplan is instemming vereist van de P(G)MR. Degene die het betreft wordt op de hoogte gesteld.
Hoe wordt het afspiegelingsbeginsel toegepast?
Bij het afspiegelingsbeginsel worden werknemers met vergelijkbare (‘uitwisselbare’) functies ingedeeld in leeftijdsgroepen. Binnen elke leeftijdsgroep wordt bekeken wie het laatst is aangenomen. Deze werknemers worden als eerste ontslagen. Het gaat om de volgende leeftijdsgroepen: 15 tot 25 jaar, 25 tot 35 jaar, 35 tot 45 jaar, 45 tot 55 jaar, 55 tot AOW-gerechtigde leeftijd. Werknemers met een AOW-uitkering worden als eerste ontslagen. Een werknemer van 55 jaar of ouder mag dan blijven, ook als deze later in dienst is gekomen dan de AOW-gerechtigde. Vervallen er vijf banen en hebben acht werknemers recht op AOW? Dan krijgt de AOW-gerechtigde die het laatst in dienst is gekomen het eerst ontslag.
Het afspiegelingsbeginsel geldt niet als:
Het bestuur mag van het afspiegelingsbeginsel afwijken als:
Door de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren (WNRA) per 1 januari 2020 is er geen onderscheid meer tussen personeelsleden in het openbaar onderwijs en het bijzonder onderwijs.
In het kader van de RDDF-plaatsing is een overgangsregeling getroffen in de CAO PO 2019 – 2020, vermeld in Bijlage A13. De overgangsregeling luidt als volgt:
Overgangsrecht openbare besturen (in verband met de Wnra)
De AVS wordt geconfronteerd met schoolleiders die in onderhandeling zijn met hun werkgever over een geregelde beëindiging van hun dienstverband en van hun werkgever het advies krijgen om deze maar vooral voor 1 juli 2015 te beëindigen op grond van veranderingen door de Wet Werk en Zekerheid (WWZ), in de WW en verwachte veranderingen in de Werkloosheidsregeling onderwijspersoneel primair onderwijs (WOPO, voorheen BBWO).
Die haast is vaak niet terecht. Voor het openbaar onderwijs al helemaal niet, omdat dat niet valt onder het bereik van de WWZ. Maar voor bijzonder onderwijs veelal ook niet, omdat:
Wat betreft deWOPO staat momenteel min of meer vast dat deze maximaal zal lopen tot de AOWdatum, in plaats van tot de leeftijd van 65 jaar. Dat is dus juist voor de wat oudere werknemers alleen maar een voordeel.Wat dat betekent voor de jongere werknemers tot 45 jaar is nog niet te zeggen (wellicht pas recht op een aansluitende WOPOuitkering op iets hogere leeftijd dan nu en na mogelijk iets meer dienstjaren in het onderwijs). Voor de middencategorie werknemers (van 45 tot 53) geldt in feite – als de uitkeringsduurWOPO verkort wordt – dat minder goed dan nu nog steeds heel goed is.