Vragen over de besteding van de werkdrukmiddelen, die bij de sociale partners (PO-Raad en vakbonden) zijn binnen gekomen en door hen zijn beantwoord.

Lees ook

  • Kritisch geluid over incidentele middelen uit convenant aanpak lerarentekorten en werkdrukverlichting vo

    Tweede meting De middelen uit het convenant ‘aanpak lerarentekorten en werkdrukverlichting’ zijn in het vo vooral besteed aan maatregelen voor werkdrukverlichting (81 procent), ontwikkeltijd (54 procent), onderwijsinnovatie (54 procent) en begeleiding van zij-instromers of startende leraren (47 procent). Dat blijkt uit de tweede monitor van het proces en besteding van de convenantsmiddelen, uitgevoerd door Voion. Deze tweede meting laat aan de hand van de jaarverslagen en interviews...

  • Rekenkamer kritisch over eerder uitbetalen werkdrukgelden

    Heeft de inzet van de middelen op individuele scholen ook echt geleid tot een lagere werkdruk in het primair onderwijs? Dat vraagt de Rekenkamer zich af in zijn ‘Resultaten verantwoordingsonderzoek 2018 Ministerie van OCW’. De Rekenkamer vindt het opmerkelijk dat minister Slob in 2019 al een deel van de tweede tranche wil uitbetalen zonder dat bekend is of de inzet van de middelen daadwerkelijk tot een lagere werkdruk heeft geleid. “Om te bepalen of beleidsdoelen gehaald zijn, is het...

  • Nieuw Platform Werkdruk biedt onderwijsteams kennis en tools om werkdruk aan te pakken

    Iedere school kan werkdruk tegengaan door die bespreekbaar te maken en een passende aanpak te kiezen. Vanuit die gedachte ontwikkelde het Arbeidsmarktplatform PO het digitale Platform Werkdruk, te vinden op www.platformwerkdrukpo.nl. Vanaf 1 oktober kunnen schoolleiders, leerkrachten, beleidsmedewerkers en bestuurders hier terecht voor kennis, praktijkverhalen en praktische tools die helpen werkdruk in primair onderwijs aan te pakken. Veel leerkrachten in het primair onderwijs voelen een hoge...

Al het nieuws over werkdrukafspraken

Veelgestelde vragen: Vragen

  • Werkdruktool voor schooljaar 2022–2023

    Ook voor het schooljaar 2022 – 2023 zijn er gelden beschikbaar voor de werkdrukvermindering. De bedragen voor genoemd schooljaar zijn:

    Soort onderwijsBedrag per leerling
    Basisonderwijs€ 260,76
    Speciaal basisonderwijs€ 391,14
    (Voortgezet) speciaal onderwijs€ 521,52

    Het bedrag per leerling voor personeel en arbeidsmarkt is, net zoals in schooljaar 2021–2022, verhoogd in verband met het versneld inzetten van de werkdrukmiddelen. Daarnaast zijn er ook middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs beschikbaar gekomen om de werkdrukmiddelen op peil te houden.

    Deze middelen zijn structureel en worden verstrekt via het budget personeels- en arbeidsmarktbeleid. Het ministerie van OCW maakt hiervoor elk jaar een tool, maar voor 2022-2023 is die nog niet beschikbaar.

    Dit budget wordt uitgekeerd als een bedrag per leerling op het niveau van BRIN. De leerlingen van een nevenvestiging worden daardoor toegerekend aan de hoofdlocatie.

    Hieronder de tool van 2022

    Downloads

  • Vragen over de besteding van de werkdrukmiddelen, die bij de sociale partners (PO-Raad en vakbonden) zijn binnen gekomen en door hen zijn beantwoord.

    Q Over welke werkdrukmiddelen kan mijn school in 2022-2023 beschikken?
    A Dit kunt u berekenen in de nieuwe geactualiseerde versie van de rekentool voor 2022. Vanaf 1 januari 2023 zullen schoolbesturen en samenwerkingsverbanden op grond van de nieuwe bekostigingssystematiek volledig op kalenderjaarbasis worden bekostigd. De bedragen in bijgevoegde tool voor werkdruk gelden daarom voor de periode augustus 2022 tot en met december 2022.

    Q Moet de PGMR of PMR instemmen met de bestedingsplannen uit het werkdrukakkoord?
    A De PMR heeft instemmingsrecht op het bestedingsplan, niet de PGMR.

    Q Waar staat dat de PMR instemmingsrecht heeft?
    A Dat hebben de vakbonden en PO Raad afgesproken met minister Slob in het akkoord. Dat de PMR instemmingsrecht heeft wordt ook opgenomen in de nieuwe cao po.

    Q Waar moeten we als team over praten als het gaat om het werkdrukakkoord?
    A Op iedere school moet een gesprek gevoerd worden over de knelpunten die werknemers ervaren en de oplossingen die zij hiervoor voorzien en bepalen. Dat vormt de basis voor het bestedingsplan.

    Q Wie maakt het bestedingsplan?
    A Het bestedingsplan wordt opgesteld door de schoolleider of het schoolbestuur op basis van het gesprek met het hele schoolteam (leerkrachten, schoolleider/directeur en overig personeel).

    Q Hoe weten wij op school achteraf of het geld inderdaad aan vermindering van de werkdruk is uitgegeven?
    A De P-MR van de school wordt na afloop van het schooljaar door de schoolleider/het
    schoolbestuur geïnformeerd over de besteding van de extra werkdrukmiddelen van hun school (BRIN-niveau) in het voorgaande schooljaar. Over de niet-bestede middelen worden door de schoolleider/het schoolbestuur in samenspraak met het team en de P-MR nadere bestedingsafspraken gemaakt conform de doelen en verwachtingen van het bestedingsplan.

    Q Op welk bedrag hebben wij recht?
    A Uw school krijgt een bedrag dat afhankelijk is van het leerlingaantal. Via de websites van de vakbonden en PO Raad kunt u via een rekentool nagaan welk bedrag uw school krijgt voor vermindering van werkdruk.

    Q Hoeveel geld is er in totaal beschikbaar?
    A Vanaf 1 augustus 2018 is er structureel € 237 miljoen per jaar beschikbaar. In 2020 is er een tussenevaluatie, afhankelijk van de uitkomst daarvan kan het bedrag vanaf  schooljaar 2021/2022 oplopen tot € 430 miljoen per jaar.

    Q Mag mijn bestuur bepalen hoe (een deel van) het geld besteed wordt?
    A Nee, uw bestuur mag dat niet. De extra middelen die het kabinet ter beschikking stelt voor de beheersing van werkdruk, komen ter beschikking aan teams in scholen. Zij kiezen zelf welke maatregelen er in hun school worden genomen om de werkdruk te verminderen.

    Q Mijn bestuur zegt dat het geld niet structureel beschikbaar is, klopt dat?
    A Nee, dat klopt niet. Tot schooljaar 2021/2022 is er per jaar structureel € 237 miljoen beschikbaar voor verlaging van de werkdruk. Vanaf schooljaar 2021/2022 zal dat zelfs op kunnen lopen tot € 430 miljoen, structureel, per jaar.

    Q Welke richtlijnen mag een schoolbestuur meegeven aan het team?
    A Een schoolbestuur mag niet bepalen waar het geld voor werkdrukverlaging aan wordt besteed, maar een schoolbestuur kan wel enkele richtlijnen meegeven. Het aannemen van personeel kan bijvoorbeeld gevolgen hebben voor kosten op de lange termijn. Een team mag natuurlijk kiezen voor het aannemen van personeel, maar een schoolbestuur mag wel bepalen onder welke voorwaarden dit kan gebeuren. Dat is nodig, want het schoolbestuur is verantwoordelijk voor de onderwijskwaliteit maar ook voor de financiën op de langere termijn.

    Q Ons schoolbestuur krijgt te maken met bezuinigingen (krimp, onderwijsachterstandsmiddelen) en daardoor moeten er medewerkers worden ontslagen. Hoe verhoudt dit zich tot de werkdrukmiddelen?
    A Het team mag bepalen hoe de werkdrukmiddelen worden ingezet, natuurlijk mogen zij kiezen voor behoud van personeel. We zijn in gesprek met het Participatiefonds om ervoor te zorgen dat de werkdrukmiddelen geen effect hebben op ontslagmogelijkheden.

    Downloads

Veelgestelde vragen: Hulpmiddelen en instrumenten

  • Werkdruktool voor schooljaar 2022–2023

    Ook voor het schooljaar 2022 – 2023 zijn er gelden beschikbaar voor de werkdrukvermindering. De bedragen voor genoemd schooljaar zijn:

    Soort onderwijsBedrag per leerling
    Basisonderwijs€ 260,76
    Speciaal basisonderwijs€ 391,14
    (Voortgezet) speciaal onderwijs€ 521,52

    Het bedrag per leerling voor personeel en arbeidsmarkt is, net zoals in schooljaar 2021–2022, verhoogd in verband met het versneld inzetten van de werkdrukmiddelen. Daarnaast zijn er ook middelen uit het Nationaal Programma Onderwijs beschikbaar gekomen om de werkdrukmiddelen op peil te houden.

    Deze middelen zijn structureel en worden verstrekt via het budget personeels- en arbeidsmarktbeleid. Het ministerie van OCW maakt hiervoor elk jaar een tool, maar voor 2022-2023 is die nog niet beschikbaar.

    Dit budget wordt uitgekeerd als een bedrag per leerling op het niveau van BRIN. De leerlingen van een nevenvestiging worden daardoor toegerekend aan de hoofdlocatie.

    Hieronder de tool van 2022

    Downloads