De vakantieregeling is door de minister van OCW vastgesteld tot en met het schooljaar 2024 – 2025. Het overzicht ziet er als volgt uit: Schooljaar 2021-2022 Soort vakantie Regio Vakantieperiode Herfstvakantie midden/noord 16 oktober t/m 24 oktober 2021 zuid 23 oktober t/m 31 oktober 2021 Kerstvakantie heel Nederland 25 december 2021 t/m 9 januari 2022 * Voorjaarsvakantie noord 19 februari t/m 27 februari 2022 zuid/midden 26 februari t/m 6 maart 2022 Meivakantie heel...
Op 21 mei 2021 heeft demissionair minister Slob de Regeling vaststelling schoolvakanties 2022–2025 vastgesteld. Deze regeling treedt op 1 augustus 2022 in werking. De regio-indeling is ongewijzigd ten opzichte van de Regeling vaststelling schoolvakanties 2019–2022. Wel zijn er namen geactualiseerd van gemeenten die de afgelopen jaren zijn gefuseerd.De Regeling vaststelling schoolvakanties 2022 – 2025 is hieronder te...
Op 10 november 2015 heeft staatsecretaris Dekker van Onderwijs het rapport van de door Regioplan uitgevoerde ‘Evaluatie Regeling vaststelling schoolvakanties’ aangeboden aan de Tweede Kamer. De genoemde regeling wordt periodiek geëvalueerd om te peilen of deze nog voldoet aan de wensen en behoeften van de veranderende samenleving. Voor de evaluatie zijn enquêtes gehouden onder ouders, schoolleiders en leraren en zeventien maatschappelijke organisaties. Ook vertegenwoordigers van de AVS...
De vakantieregeling (schoolvakanties) is door de minister van OCW vastgesteld tot en met het schooljaar 2024 – 2025.
Het overzicht ziet er als volgt uit:
Soort vakantie | Regio | Vakantieperiode |
Herfstvakantie | midden/noord | 16 oktober t/m 24 oktober 2021 |
zuid | 23 oktober t/m 31 oktober 2021 | |
Kerstvakantie | heel Nederland | 25 december 2021 t/m 9 januari 2022 * |
Voorjaarsvakantie | noord | 19 februari t/m 27 februari 2022 |
zuid/midden | 26 februari t/m 6 maart 2022 | |
Meivakantie | heel Nederland | 30 april t/m 8 mei 2022 * |
Zomervakantie | noord | 16 juli t/m 28 augustus 2022 * |
midden | 9 juli t/m 21 augustus 2022 * | |
zuid | 23 juli t/m 4 september 2022* |
Soort vakantie | Regio | Vakantieperiode |
Herfstvakantie | noord | 15 oktober t/m 23 oktober 2022 |
zuid/midden | 22 oktober t/m 30 oktober 2022 | |
Kerstvakantie | heel Nederland | 24 december 2022 t/m 8 januari 2023 * |
Voorjaarsvakantie | zuid | 18 februari t/m 26 februari 2023 |
Midden/noord | 25 februari t/m 5 maart 2023 | |
Meivakantie | heel Nederland | 29 april t/m 7 mei 2023 * |
Zomervakantie | noord | 22 juli t/m 3 september 2023 * |
midden | 8 juli t/m 20 augustus 2023 * | |
zuid | 15 juli t/m 27 augustus 2023* |
Soort vakantie | Regio | Vakantieperiode |
Herfstvakantie | zuid/midden | 14 oktober t/m 22 oktober 2023 |
noord | 21 oktober t/m 29 oktober 2023 | |
Kerstvakantie | heel Nederland | 23 december 2023 t/m 7 januari 2024 * |
Voorjaarsvakantie | zuid | 10 februari t/m 18 februari 2024 |
noord/midden | 17 februari t/m 25 februari 2024 | |
Meivakantie | heel Nederland | 27 april t/m 5 mei 2024 * |
Zomervakantie | noord | 20 juli t/m 1 september 2024 * |
midden | 13 juli t/m 25 augustus 2024 * | |
zuid | 6 juli t/m 18 augustus 2024* |
Soort vakantie | Regio | Vakantieperiode |
Herfstvakantie | zuid | 19 oktober t/m 27 oktober 2024 |
midden/noord | 26 oktober t/m 3 november 2024 | |
Kerstvakantie | heel Nederland | 21 december 2024 t/m 5 januari 2025 * |
Voorjaarsvakantie | noord | 15 februari t/m 23 februari 2025 |
zuid/midden | 22 februari t/m 2 maart 2025 | |
Meivakantie | heel Nederland | 26 april t/m 4 mei 2025 * |
Zomervakantie | noord | 12 juli t/m 24 augustus 2025 * |
midden | 19 juli t/m 31 augustus 2025 * | |
zuid | 5 juli t/m 17 augustus 2025* |
Om de schoolvakanties te spreiden is Nederland verdeeld in 3 regio’s. De overheid bepaalt wanneer het zomervakantie, kerstvakantie en meivakantie is in die regio’s. Voor de overige schoolvakanties gelden adviesdata.
Regio Noord
De provincie Groningen, de provincie Friesland, de provincie Drenthe, de provincie Overijssel, de provincie Flevoland (met uitzondering van de gemeente Zeewolde) en de provincie Noord- Holland, alsmede wat betreft de provincie Gelderland de gemeente Hattem, en wat betreft de provincie Utrecht de gemeente Eemnes en de voormalige gemeente Abcoude.
Regio Midden
De provincie Utrecht (met uitzondering van de gemeente Eemnes en de voormalige gemeente Abcoude), de provincie Zuid-Holland, alsmede wat betreft de provincie Flevoland de gemeente Zeewolde, wat betreft de provincie Gelderland de gemeenten Aalten, Apeldoorn, Barneveld, Berkelland, Bronckhorst, Brummen, Buren, Culemborg, Doetinchem, Ede, Elburg, Epe, Ermelo, Geldermalsen, Harderwijk, Heerde, Lingewaal, Lochem, Montferland (met uitzondering van de voormalige gemeente Didam), Neder-Betuwe (met uitzondering van de voormalige gemeente Dodewaard), Neerijnen, Nijkerk, Nunspeet, Oldebroek, Oost-Gelre, Oude IJsselstreek, Putten, Scherpenzeel, Tiel, Voorst, Wageningen, Winterswijk en Zutphen, en wat betreft de provincie Noord-Brabant de gemeenten Werkendam (met uitzondering van de kernen Hank en Dussen) en Woudrichem.
Regio Zuid
De provincie Limburg, de provincie Noord-Brabant (met uitzondering van de gemeenten Werkendam (voor zover het betreft de kernen Sleeuwijk, Nieuwendijk en Werkendam) en Woudrichem), en de provincie Zeeland, alsmede wat betreft de provincie Gelderland de gemeenten Arnhem, Beuningen, Doesburg, Druten, Duiven, Groesbeek, Heumen, Neder-Betuwe (voor zover het betreft de voormalige gemeente Dodewaard), Lingewaard, Maasdriel, Millingen aan de
Rijn, Montferland (voor zover het betreft de voormalige gemeente Didam), Nijmegen, Overbetuwe, Renkum, Rheden, Rozendaal, Rijnwaarden, Ubbergen, Westervoort, West Maas en Waal, Wijchen, Zaltbommel en Zevenaar.
Zie ook de AVS Jaarkalender voor een digitale versie van alle onderwijsactiviteiten, planverplichtingen en vakinformatie.
In de CAO PO 2014 – 2015 is per 1 augustus 2015 is een wijziging aangebracht als het gaat om het vakantieverlof: de werknemer heeft recht op 428 uur vakantieverlof, inclusief de algemeen erkende feestdagen (deeltijder naar rato).
Er wordt onderscheid gemaakt tussen onderwijsgevend personeel en onderwijsondersteunend personeel met les- en/of behandeltaken en onderwijsondersteunend personeel zonder les- en/of behandeltaken.
Onderwijsgevend personeel en onderwijsondersteuend personeel met les- en/of behandeltaken:
De opbouw van het vakantieverlof voor onderwijsgevend personeel en onderwijsondersteunend personeel vindt plaats van 1 oktober tot en met 30 september. Hiervan mag met instemming van de personeelsgeleding van de (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad afgeweken worden. De schoolvakanties en vrije dagen vallen allemaal binnen 1 oktober – 1 oktober. Het verlof bestaat uit wettelijke vakantieverlof van vier keer de wekelijkse arbeidsduur (160 uur). De overige uren zijn bovenwettelijk vakantieverlof *.
Het verlof wordt in de schoolvakanties verleend.
Onderwijsondersteunend personeel zonder les- en/of behandeltaken:
De vakantie-uren voor onderwijsondersteunend personeel zonder lesgebonden en/of behandeltaken wordt opgebouwd in een kalenderjaar**. Het verlof wordt bij voorkeur in de schoolvakantie verleend.
Als er meer uren verlof zijn om in schoolvakanties op te nemen, dan wordt het restant van de verlofuren in overleg op andere momenten opgenomen. Dit kan voorkomen als er nog vakantieverlof resteert uit het vorige jaar.
* Zie CAO PO 2019 -2020, artikel 8.1
** Zie CAO PO 2019 – 2020, artikel 1.1 onder Jaar en artikel 8.3
In de CAO PO 2019 – 2020 is bepaald, dat de vakantieopbouw plaatsvindt in de periode van 1 oktober tot 1 oktober.
Het is voor de werkgever mogelijk om voor een andere periode voor de opbouw te kiezen, bijvoorbeeld van 1 augustus tot 1 augustus. Hiervoor is de instemming nodig van de P(G)MR.
Het verlof wordt in de schoolvakantie verleend. Als een werknemer meer uren verlof heeft dan nodig is om alle schoolvakanties verlof te nemen, dan wordt het restant van de verlofuren in overleg op andere momenten opgenomen.
Als een werknemer een verlofdag opneemt, wordt de omvang van deze verlofdag bepaald op basis van het aantal ingeroosterde uren voor die dag.
De werkgever dient bij opname van vakantie-uren altijd eerst de wettelijke vakantie-uren van het saldo af te schrijven.
Het verlof bestaat uit wettelijk vakantieverlof van vier maal de wekelijkse arbeidsduur. De resterende uren zijn bovenwettelijk vakantieverlof. De werknemer bouwt per maand een/twaalfde van de wettelijke en bovenwettelijke vakantie-uren op.
Indien de werknemer in een jaar 160 uren vakantieverlof heeft genoten, wordt hij geacht het wettelijk minimum aan vakantiedagen als bedoeld in artikel 7:634 lid 1 BW in dat jaar te hebben genoten. Als er gedurende dat jaar sprake is van samenloop van vakantieverlof en ziekteverlof komen de niet genoten vakantiedagen te vervallen.
Indien de werknemer in een jaar door ziekte minder dan 160 uren vakantieverlof heeft genoten, heeft hij recht op (het restant van) het wettelijk minimum aan vakantiedagen als bedoeld in artikel 7:634 lid 1 BW.
De werknemer die een deel van het jaar in dienst is bij de werkgever, heeft recht op een evenredig deel van de 428 vakantie-uren.
Voor deeltijders gelden de bepalingen in dit artikel naar rato van de omvang van hun dienstverband.
In de CAO PO 2019 – 2020 is bepaald dat het aantal uren vakantieverlof is gesteld op 428 uur, inclusief de erkende feestdagen. Onder de erkende feestdagen worden (CAO PO artikel 1.1. Algemene Termijnenwet):
In de Algemene Termijnenwet wordt Goede Vrijdag gelijkgesteld met de algemeen erkende feestdagen. Dit betekent dat de werkgever zelf een keuze kan maken of dit al of niet een werkdag is. De schoolvakanties zijn de herfstvakantie, kerstvakantie, voorjaarsvakantie, meivakantie en de zomervakantie. De zomer-, kerst- en meivakantie zijn wettelijk voorgeschreven vakanties. De herfst- en voorjaarsvakantie zijn adviesdagen (Zie https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/schoolvakanties).
In de CAO PO 2016–2017 is bepaald dat iedere werknemer recht heeft op 428 uur vakantieverlof per jaar (artikel 8.1.lid 1). Voor deeltijders geldt dit naar rato van de omvang van het dienstverband. Tijdens het zwangerschaps- en bevallingsverlof en het ouderschapsverlof bouwen werknemers vakantie-uren op. De opbouw van het vakantieverlof vindt plaats van 1 oktober tot 1 oktober (artikel 8.1 lid 2a.). Het vakantieverlof dat niet gebruikt is in een jaar wordt meegenomen naar het volgende jaar.
Als een werknemer in een jaar 160 uren vakantieverlof heeft genoten, is het wettelijk minimum bereikt. Als een werknemer door ziekte minder dan 160 uren vakantieverlof heeft gehad, heeft hij of zij recht op (het restant) van het wettelijk minimum (artikel 8.1 lid 3 en 4).