De regels voor ouderschapsverlof gaan veranderen, omdat de algemene wetgeving hierover is veranderd. Op aanbrengen van de AVS wordt er op dit moment aan de cao-tafel nader overleg gevoerd over hoe een mogelijke overgangsregeling eruit gaat zien. Zodra wij daarover iets te melden hebben, komen we bij je terug met alle informatie. De voorgestelde nieuwe cao-tekst luidt als volgt: Betaald ouderschapsverlof Op 2 augustus 2022 treedt de Wet betaald ouderschapsverlof in werking. Deze wet...
Het kabinet wil dat werknemers verlofregelingen flexibeler kunnen gebruiken. Ouders kunnen dan bijvoorbeeld zelf bepalen hoe zij het ouderschapsverlof verdelen en opnemen. Ook wil het kabinet het vaderverlof en adoptieverlof uitbreiden. Het gaat om voorgenomen beleid. De ingangsdatum van de wetswijziging is nog niet bekend. De Tweede en de Eerste Kamer moeten de plannen nog goedkeuren. Uitbreiding vaderverlof Op dit moment hebben vaders twee dagen kraamverlof. Het kabinet wil dat daar drie...
Minster Kamp van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel ingediend om verlof en aanpassing van de arbeidsduur, in onderling overleg tussen werkgever en werknemer, flexibeler te maken. Kern van het voorstel is dan ook om procedurele bepalingen in de Wet aanpassing arbeidsduur (WAA) te schrappen en flexibilisering van de mogelijkheden voor opname ouderschapsverlof, adoptie- en pleegzorgverlof en langdurend zorgverlof (Wet arbeid en zorg).. De...
De AVS Helpdesk krijgt geregeld de vraag voorgelegd of een werknemer aanwezig moet zijn voor een studiedag terwijl de werknemer op die dag ouderschapsverlof geniet. Op grond van het bepaalde in artikel 2.3 CAO PO 2019–2020 worden voor de zomervakantie per werknemer afspraken gemaakt over het jaarrooster voor het komende schooljaar: “2. De werkgever bespreekt met elke werknemer voor de zomervakantie de inzet van de werknemer in het volgende schooljaar. De werkzaamheden en werkdagen van de werknemer in het volgende schooljaar worden vastgesteld.”
Afspraken voor het huidige schooljaar moeten zijn vastgelegd in het jaarrooster. Als op de geplande studiedag de werknemer met ‘ouderschapsverlof’ staat ingeroosterd – omdat het verlof al eerder is goedgekeurd en er verder geen afspraken zijn gemaakt dan dat het jaarrooster was opgesteld – dan kan de werknemer niet verplicht worden aanwezig te zijn. Op grond van het vijfde lid is alleen op overeenstemming gericht overleg mogelijk om een wijziging aan te brengen. Dit overleg is gericht op overeenstemming tussen werkgever en werknemer.
Is de studiedag in het jaarrooster ingepland en is deze dag van het ouderschapsverlof in een later stadium in het jaar aangevraagd, dan moeten werkgever en werknemer bij toekenning van het verlof rekening houden met de geplande studiedag en kan de werkgever eisen dat de werknemer aanwezig is. Is het ouderschapsverlof al eerder gepland dan de studiedag(en) in het jaarrooster, dan kan het alleen in onderling overleg en is de werknemer niet verplicht om deel te nemen aan de studiedag.
Neem contact op met de AVS Helpdesk
De telefonische helpdesk van de AVS is er voor alle professionele vragen die je in je dagelijkse werk tegenkomt. Je krijgt direct een deskundige medewerker aan de lijn die je vraag beantwoordt of ervoor zorgt dat je binnen één werkdag teruggebeld wordt. Deze adviesdienst is voor leden gratis.
Vermeld altijd je lidmaatschapsnummer als je contact opneemt met de Helpdesk
030-2361010 of stuur een e-mail naar helpdesk@avs.nl
Meer informatie over de AVS Helpdesk en openingstijden
Interessant?
Dit artikel stond in KADER , het vakblad voor schoolleiders, dat AVS-leden exclusief ontvangen. Wil jij ook KADER op de deurmat hebben? Word ook lid of abonnee, ontvang voortaan een kersvers exemplaar in de brievenbus en versterk de positie van schoolleiders.
Medewerkers bouwen vakantieverlof op over de uren dat zij loon ontvangen, zie artikel 7:634 lid 2 Burgerlijk Wetboek.
Over de uren betaald ouderschapsverlof wordt dus vakantieverlof opgebouwd. Over uren onbetaald ouderschapsverlof niet;
Ouderschapsverlof kan niet samenvallen met vakantieverlof, zie artikel 6:7 Wet arbeid en zorg;
Het schoolbestuur moet dus kiezen wat zij doet tijdens vakanties. Ofwel er wordt volledig vakantieverlof genoten en het ouderschapsverlof wordt doorgeschoven, of het ouderschapsverlof loopt tijdens de vakantie door, maar dan wordt er voor die dag geen vakantieverlof afschreven. De niet genoten uren vakantieverlof mogen later nog worden opgenomen;
Het later opnemen van vakantieverlof gebeurt volgens de standaardregel uit de CAO PO, artikel 8.1 lid 2. Vakantieverlof wordt opgenomen tijdens de schoolvakanties, tenzij het niet anders kan.
Het geboorteverlof valt in drie delen uiteen. Allereerst heeft de partner verlof bij de bevalling van de echtgenote.
Na de bevalling van de echtgenote heeft de partner recht op bevallingsverlof
voor eenmaal de arbeidsduur per week gedurende een tijdvak van vier weken, te rekenen vanaf de eerste dag na de bevalling.
Voorbeeld: echtgenote bevalt op 1 juni 2020. De werktijdfactor van de partner is 0,8. Dat komt overeen met 32 uur. Deze 32 uur kan hij/zij in een periode van vier weken na 1 juni 2020 als verlof opnemen.
Per 1 juli 2020 heeft de partner bovendien recht op aanvullend verlof, nadat hij/zij het ‘standaard’ geboorteverlof tijdens/na de bevalling heeft opgenomen. Het aanvullend geboorteverlof bedraagt ten hoogste vijf gehele weken, gebaseerd op de arbeidsduur per week. Het dient opgenomen te worden binnen zes maanden, te rekenen vanaf de eerste dag na de bevalling. Partners hebben recht op aanvullend geboorteverlof als het kind op of ná 1 juli 2020 geboren wordt. Als zij hiervan gebruik willen maken, moeten zij dit minimaal vier weken van tevoren schriftelijk bij de werkgever kenbaar maken.
In alle gevallen geldt dat het salaris voor 100 procent wordt doorbetaald.
Op grond van de Wet Arbeid en Zorg kan ouderschapsverlof dat nog niet is opgenomen worden meegenomen worden naar de nieuwe werkgever.
Voor wie een kind heeft dat nog niet de leeftijd van acht jaar heeft bereikt, bestaat het recht op ouderschapsverlof. Als de werknemer overstapt naar een nieuwe werkgever en het ouderschapsverlof nog niet volledig opgenomen is, kan het resterende deel bij de nieuwe werkgever worden opgenomen. Hiervoor is wel een verklaring van de vorige werkgever noodzakelijk.
Het restant van het ouderschapsverlof wordt berekend op basis van de nieuwe werktijdfactor.
In de CAO PO 2016–2017 is bepaald dat iedere werknemer recht heeft op 428 uur vakantieverlof per jaar (artikel 8.1.lid 1). Voor deeltijders geldt dit naar rato van de omvang van het dienstverband. Tijdens het zwangerschaps- en bevallingsverlof en het ouderschapsverlof bouwen werknemers vakantie-uren op. De opbouw van het vakantieverlof vindt plaats van 1 oktober tot 1 oktober (artikel 8.1 lid 2a.). Het vakantieverlof dat niet gebruikt is in een jaar wordt meegenomen naar het volgende jaar.
Als een werknemer in een jaar 160 uren vakantieverlof heeft genoten, is het wettelijk minimum bereikt. Als een werknemer door ziekte minder dan 160 uren vakantieverlof heeft gehad, heeft hij of zij recht op (het restant) van het wettelijk minimum (artikel 8.1 lid 3 en 4).
Enkele bepalingen van de Wet Arbeid en Zorg (WAZO) zijn per 1 januari 2015 gewijzigd. Daarmee wil de regering het gebruik van verlofrechten en de mogelijkheid van aanpassing van de arbeidsduur verbeteren. In onderling overleg tussen werkgever en werknemer moet flexibeler gebruik kunnen worden gemaakt van verlofmogelijkheden en het aanpassen van arbeidstijden. Over de wijzigingen bij het bevallingsen ouderschapsverlof krijgt de AVS Helpdesk veel vragen.
Ouderschapsverlof
Bij de inwerkingtreding van de 40urige werkweek uit de CAO PO (uiterlijk 1 augustus 2015) zijn de bepalingen over ouderschapsverlof gewijzigd. Naast de bepalingen in de CAO PO 20142015 gelden de regels van de Wet Arbeid en Zorg (WAZO). Wettelijk gezien hebben medewerkers recht op 26 maal de arbeidsduur per week aan ouderschapsverlof. Voor een fulltime medewerker komt dit neer op 26 x 40 (1.040 uur) verlof. Voor deeltijders geldt dit naar rato. De hoeveelheid betaald ouderschapsverlof (415 uur) blijft ongewijzigd. De woensdag wordt als acht uur gerekend conform de CAO PO 20142015. We denken niet meer in lesuren maar in werkuren.
Ouders hebben een onvoorwaardelijk recht op drie dagen opname van ouderschapsverlof rond de geboorte van het kind. Daarmee krijgen zij – naast het huidige kraamverlof van twee dagen – meer mogelijkheden om rond de geboorte tijd door te brengen met hun kind. De eis dat men een jaar in dienst moet zijn bij de werkgever voor het aanvragen van ouderschapsverlof vervalt. Het is mogelijk af te wijken van de standaardverdeling (artikel 6:2, lid 4):
De werkgever kan alle vormen buiten de standaardverdeling weigeren. Dit moet dan wel op grond van ‘zwaarwegende bedrijfsof dienstbelangen’ gemotiveerd kunnen worden.
Compensatie vakantieverlof bij bevalling
Als er in een schoolvakantie sprake is van zwangerschaps/ bevallingsverlof dan dient dit buiten de vakanties gecompenseerd te worden. In artikel 4:29 en 5:31 van het reglement van het Participatiefonds wordt verwezen naar het gecompenseerd vakantieverlof van maximaal drie weken. Het bestuur van het Participatiefonds heeft besloten dat het gecompenseerd vakantieverlof wordt uitgebreid. Een werkgever kan een vergoedingsverzoek indienen wanneer een tijdelijk dienstverband door eerder genoten zwangerschaps/ bevallingsverlof niet wordt voortgezet. De termijn van drie weken is vanaf 1 augustus 2015 niet langer van toepassing. Vervangers die worden ingezet voor vervanging van een werknemer die het vakantieverlof – dat is samengevallen met het zwangerschapsen bevallingsverlof – opnieuw opneemt, kunnen worden ingestroomd op grond van artikel 4:29 (bijzonder onderwijs) of 5:31 (openbaar onderwijs) van het reglement. Dit geldt voor álle schoolvakanties, niet alleen de zomervakantie. Als het einde van de vervanging leidt tot werkloosheid telt deze vervanging ook mee. Het is nu toch mogelijk vergoedingsverzoeken in te dienen voor de kosten van de WW.
Enkele bepalingen van de Wet Arbeid en Zorg (WAZO) zijn per 1 januari 2015 gewijzigd. Daarmee wil de regering het gebruik van verlofrechten en de mogelijkheid van aanpassing van de arbeidsduur verbeteren. In onderling overleg tussen werkgever en werknemer moet flexibeler gebruik kunnen worden gemaakt van verlofmogelijkheden en het aanpassen van arbeidstijden. Over de wijzigingen bij het bevallings- en ouderschapsverlof krijgt de AVS Helpdesk veel vragen.
Bevallingsverlof
Tot 1 augustus 2015 gold artikel 8.2, lid 6 CAO PO 2014-2015. Per 1 augustus 2015 is dit artikel vervallen. Eigenlijk zou artikel 8B.1, lid 3 per deze datum in werking treden. Door de invoering van vakantieopbouw is dit artikel echter in strijd met wat in artikel 3:4 WAZO is opgenomen. Artikel 8B.1, lid 3 treedt dus niet in werking op 1 augustus 2015 maar komt ook te vervallen. Op grond van artikel 3:4 WAZO moet al het vakantieverlof dat samenvalt met zwangerschaps- en/of bevallingsverlof worden gecompenseerd.
Dat betekent dat werknemers tot 1 augustus 2015 verlof gecompenseerd krijgen op grond van artikel 8.2, lid 6 CAO PO en na 1 augustus krijgen zij alle vakantiedagen vergoed die samenvallen met het zwangerschaps- en bevallingsverlof.
Sinds 1 januari 2015 kan de laatste periode van het bevallingsverlof in delen worden opgenomen. Het gaat om het verlof dat overblijft na zes weken na de datum van de bevalling. Dit deel van het verlof kan gespreid worden opgenomen over een periode van maximaal dertig weken. De totale duur van het verlof verandert hierdoor niet. De uitkering en de manier van uitbetaling blijft hetzelfde. Het UWV betaalt de uitkering uit alsof het verlof in een aaneengesloten periode wordt opgenomen.
Uiterlijk drie weken na het begin van het bevallingsverlof moet de aanvraag voor gespreid opnemen aangevraagd worden bij de werkgever. De werkgever moet binnen twee weken met een verzoek instemmen. Er mag geweigerd worden als de organisatie ernstig in de problemen komt.
Het bevallingsverlof van moeders bij een langdurige ziekenhuisopname van haar pasgeboren kind is verlengd. Een moeder krijgt de gelegenheid om na de ziekenhuisopname haar kind tien weken thuis te verzorgen. Het huidige zwangerschaps- en bevallingsverlof van zestien weken is in die gevallen niet afdoende.
Als een moeder overlijdt bij de geboorte of tijdens het bevallingsverlof gaat het bevallingsverlof van de moeder over naar haar partner. Op die manier is een pasgeboren kind verzekerd van de zorg van een ouder.
Ouderschapsverlof
Bij de inwerkingtreding van de 40-urige werkweek uit de CAO PO (uiterlijk 1 augustus 2015) zijn de bepalingen over ouderschapsverlof gewijzigd. Naast de bepalingen in de CAO PO 2014-2015 gelden de regels van de Wet Arbeid en Zorg (WAZO).
Wettelijk gezien hebben medewerkers recht op 26 maal de arbeidsduur per week aan ouderschapsverlof. Voor een fulltime medewerker komt dit neer op 26 x 40 (1.040 uur) verlof. Voor deeltijders geldt dit naar rato. De hoeveelheid betaald ouderschapsverlof (415 uur) blijft ongewijzigd. De woensdag wordt als acht uur gerekend conform de CAO PO 2014-2015. We denken niet meer in lesuren maar in werkuren.
Ouders hebben een onvoorwaardelijk recht op drie dagen opname van ouderschapsverlof rond de geboorte van het kind. Daarmee krijgen zij – naast het huidige kraamverlof van twee dagen – meer mogelijkheden om rond de geboorte tijd door te brengen met hun kind. De eis dat men een jaar in dienst moet zijn bij de werkgever voor het aanvragen van ouderschapsverlof vervalt.
Het is mogelijk af te wijken van de standaardverdeling (artikel 6:2, lid 4):
De werkgever kan alle vormen buiten de standaardverdeling weigeren. Dit moet dan wel op grond van ‘zwaarwegende bedrijfs- of dienstbelangen’ gemotiveerd kunnen worden.