Woorden leren in het taallokaal

Een bijzondere aanpak die op de ene school werkt, is misschien ook nuttig voor de andere. Deze maand in Zo kan het ook!: In de drie openbare basisscholen van scholengroep Coevorden krijgen kleuters met taalachterstanden extra taalles in het Taallokaal.

Handpop Mo speelt een grote rol in het Taallokaal, vertelt Sandra Klok, schoolleider van de scholengroep Coevorden. “De onderwijsassistent, die bij ons toevallig ook logopedist is, speelt veel poppenkast en gebruikt toneel. En er is veel persoonlijke aandacht doordat de groep klein is: vier leerlingen maar. Het maximum is negen.”

De Wilhelminaschool – een van de drie scholen van scholengroep Coevorden – heeft het plan voor het Taallokaal ontwikkeld om taalachterstanden bij kinderen uit groep 1 en 2 aan te pakken. Onze scholen staan in een taalarm gebied, zegt Klok. In het Taallokaal wordt twee middagen per week de woordenschat van jonge kinderen spelenderwijs vergroot en leren ze om goede zinnen te maken. De onderwijsassistent/logopedist start met een observatie en een test, en kijkt naar de achtergrond thuis en het taalaanbod daar. Een leerling komt in aanmerking als de conclusie is dat een kind meer nodig heeft dan het reguliere onderwijsaanbod op school. Daarbij gaat het niet om bijvoorbeeld TOS-leerlingen (taalontwikkelingsstoornis, red.). Er wordt een nulmeting afgenomen als de leerling in het Taallokaal mag beginnen. “Na zes tot acht weken volgt dezelfde test en een analyse voor ouders en leerkrachten. Zo meten we het effect”, zegt Klok. “Bij de eerste groep zagen we een grote toename van hun woordenschat. Ook horen we van de leerkracht terug dat kinderen meer zelfvertrouwen krijgen.”

Het Taallokaal is een nieuw initiatief dat startte na de herfstvakantie. Het programma kende een tijdelijke stop door de tweede schoolsluiting. Klok: “Het staat of valt met intensieve en persoonlijke aandacht en dat werkt niet via een computerscherm.”

Concessies doen

Het initiatief is voor een deel zelf gefinancierd, zoals de noodzakelijke voorbereidingen. “Bovenop onze eigen onderwijsbegroting hebben we van Onderwijsstichting Arcade, waar onze basisscholen deel van uitmaken, een aanvullende financiering gekregen van 0,2 fte. Hiervan wordt de onderwijsassistent betaald die de taallessen geeft.” Geld kan een struikelblok zijn, erkent schoolleider Klok. “Als je dit wilt, betekent dat soms concessies doen. Met de aanvullende financiering redden we het, maar als dat volgend jaar anders is, kan het best zijn dat we andere keuzes maken in het formeren van reguliere groepen. De positieve impact van het extra taalonderwijs is zo groot dat je zaken tegen elkaar gaat afwegen.”

Directiekamer opgeofferd

Voor het Taallokaal is een vaste ruimte ingericht op de Wilhelminaschool. Klok: “We hebben hiervoor onze directiekamer opgeofferd. Wij zijn flexibel, kunnen overal zitten en onze laptop openklappen waar we maar willen.” Ga er gewoon voor, is haar advies. “Wacht niet totdat je alles heb afgewogen. Maak van een ‘ja maar’ een ‘ja en’.” _

Ook een bijzondere aanpak op jouw school?

Mail naar communicatie@avs.nl o.v.v. ‘Zo kan het ook’.

Interessant?
Dit artikel stond in KADER , het vakblad voor schoolleiders, dat AVS-leden exclusief ontvangen. Wil jij ook KADER op de deurmat hebben? Word ook lid of abonnee, ontvang voortaan een kersvers exemplaar in de brievenbus en versterk de positie van schoolleiders.