Over één sectororganisatie voor het primair onderwijsWat is een sectororganisatie?Een sectororganisatie is van en voor de onderwijsinstellingen. Zij voert gemandateerd de regie over de sector via de rechtstreeks aangesloten onderwijsinstellingen. Dat doet zij op het terrein van innovatie, opbrengst en kwaliteit. Daarnaast sluit ze CAOs af en voert het bekostigingsoverleg met het ministerie van Onderwijs. Een sectororganisatie verzorgt de lobby naar de politiek en voert het maatschappelijk debat.Waarom is een sectororganisatie nodig?Op dit moment is de sector primair onderwijs hopeloos verdeeld. Dat geldt zowel voor het effectief lobbyen in de politiek denk hierbij aan verdere investeringen als voor de vertegenwoordiging. Anderen beslissen over het hoe en wat van onze scholen. Het wordt hoog tijd dat we dit zelf ter hand nemen.Wanneer komt de sectororganisatie er?Wat de AVS betreft zo snel mogelijk, maar daarover beslissen de onderwijsinstellingen zelf.Hoe zit dat bij andere sectoren?In alle overige sectoren bestaat een dergelijke sectororganisatie. De universiteiten zijn verenigd in de VSNU, de hogescholen in de HBO-raad, de ROCs in de BvE-raad en in het voortgezet onderwijs spreekt men reeds drie jaar over de ontwikkeling van een sectororganisatie, waarvoor de eerste stap is gezet met het oprichten van het Werkgeversverbond Voortgezet Onderwijs (WVO). Ook in sectoren binnen het bedrijfsleven is dit overal geregeld.Wordt zon sectororganisatie niet een tweede ministerie, waaraan niemand behoefte heeft?De sectororganisatie is van en voor de scholen. Dat kan van het ministerie niet worden gezegd. Leden hebben een directe invloed op het beleid via een democratisch proces van besluitvorming. Een goede dienstverlening, gericht op de vraag van de leden, is daarbij essentieel.Wie kan er lid worden van de sectororganisatie?In beginsel sluiten de statutaire eindverantwoordelijken van de onderwijsinstellingen hun organisatie aan. In een overgangssituatie zullen ook individuele directeuren aangesloten zijn. Bestuurder en management hebben gemeenschappelijke belangen, zodat een sectororganisatie voor allebei toegankelijk moet zijn.Moet een onderwijsinstelling zelf lid worden of kan dat ook via een besturenorganisatie?Rechtstreekse aansluiting is het kenmerk van een sectororganisatie, dus niet getrapt.Is er dan geen spanning tussen bovenschools en schools management als directeuren ook betrokken zijn?De vraag heeft te maken met de gedachte dat er een hirarchische verhouding is tussen schools en bovenschools management. Dat geldt vooral op arbeidsvoorwaardelijk gebied; de rollen zijn vaak voor beide meer werkgever dan werknemer. Arbeidsvoorwaardelijke afspraken worden straks binnen de sectororganisatie uitgewerkt, bijvoorbeeld in een beloningsleidraad voor bestuurders en directeuren. In de toekomst wordt dit meer en meer een gesprek op instellingsniveau. Zoals al eerder gesteld: bovenschools en schools management zijn op inhoud en verantwoordelijkheidsniveau met elkaar verbonden. Zij vormen een managementlaag, waarin de betrokkenen gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de resultaten van de instelling als geheel. Met inbegrip van natuurlijke hirarchische verhoudingen.Hoeveel instellingen moeten er lid worden voordat een sectororganisatie bestaansrecht heeft?Het de bedoeling dat alle betreffende instellingen zich aansluiten, maar 51 procent van de scholen is wel het minimum.Is een sectororganisatie duur?Dat bepalen de leden zelf, maar het opheffen van alle versnipperde organisaties geeft veel schaalvoordelen.Wat gebeurt er met de individuele dienstverlening van de AVS?De AVS heeft de individuele belangenbehartiging (juridische ondersteuning voor leden die werkgerelateerde problemen hebben) ondergebracht bij Support, een stichting die de AVS en Schoolmanagers_VO samen in het leven hebben geroepen. Het is eigenlijk een gespecialiseerde rechtsbijstandverzekering voor schoolleiders. Die blijft gewoon bestaan.Onlangs is het Werkgevers Verbond Primair Onderwijs (WVPO) opgericht door de besturenorganisaties. Dat is toch al een sectororganisatie?Nee, het WVPO is een platform dat (overigens zeer terecht) alles rondom de CAO-onderhandelingen afstemt tussen de besturenorganisaties. Maar dat is geen echte sectororganisatie.Streeft alleen de AVS naar een sectororganisatie?Nee, er zijn ook enkele besturenorganisaties die een echte sectororganisatie willen. Het tempo waarin men dit wil realiseren, verschilt enorm. Ook over de randvoorwaarden lopen de meningen erg uiteen. Zo wil alleen de VOS/ABB net als de AVS dat de scholen rechtstreeks zijn aangesloten bij een sectororganisatie. De AVS wil met alle besturenorganisaties gezamenlijk voor elkaar krijgen dat er een sectororganisatie komt. Het primair onderwijs kan zich niet permitteren daar nog jaren over te doen.Wat wil de politiek, de minister van Onderwijs eigenlijk?De minister heeft in haar lange termijn beleidsplan (Koers PO) duidelijk aangegeven dat ze dringend behoefte heeft aan n sectororganisatie voor het primair onderwijs. Het doordecentraliseren van de financin waardoor de sector zelf ook over de primaire arbeidsvoorwaarden kan beslissen (CAO) heeft ze daarvan zelfs afhankelijk gemaakt.Blijft de AVS bestaan als de sectororganisatie er is?Indien alle huidige belangen van de AVS leden goed statutair verankerd zijn binnen n sectororganisatie, is het voorspelbaar dat de AVS niet zelfstandig blijft bestaan. Maar daarover beslissen de leden van de AVS.Blijven de collectieve belangen van de schoolleiders wel behartigd via een sectororganisatie?Ja, er zijn twee soorten collectieve belangen. Ten eerste die vanuit het werknemersperspectief: een aparte regeling arbeidsvoorwaarden voor management en bovenschools management kan met meer succes binnen een sector worden ingericht dan erbuiten. Ten tweede vanuit het werkgeversperspectief: eenheid in plaats van versnippering, eendrachtige lobby en gezamenlijke meningsvorming zijn allemaal makkelijker te organiseren vanuit n sectororganisatie.Mijn school behoort tot de katholieke geloofsgemeente. Staat het lidmaatschap van een sectororganisatie daarmee op gespannen voet?Nee, er is vandaag de dag ook zeker behoefte aan levensbeschouwelijk onderwijs en ondersteuning daarbij. Het is en blijft noodzakelijk dat er organisaties zijn die hun leden daarop binden en de ontmoeting op levensbeschouwelijke themas organiseren. Een sectororganisatie zal daarvoor absoluut ruimte bieden en respect hebben. Tegelijkertijd worden er binnen een sectororganisatie vele themas georganiseerd, die op zich los staan van denominatief denken.Een sectororganisatie is toch een werkgeversclub? Hoe staat het met mijn werknemersbelang als schoolleider?Een sectororganisatie is allereerste een club die het belang van goed onderwijs voor ogen heeft. Dat doet ze door onder meer de kwaliteit van onderwijs, de innovatie en de bekostiging te organiseren. Daarnaast voert zij als werkgever onderhandelingen over de CAO. In collectieve zin kun je beter over de middelen gn dan er om vragen, indien je de belangen van het management wilt regelen. Voor de individuele belangenbehartiging blijft de aansluiting bij de Stichting Support gewoon bestaan.Is het niet zo dat een aantal bovenschoolse bobos straks de dienst uitmaakt en schooldirecteuren het onderspit delven?Wat de statutaire eindverantwoordelijken van de onderwijsinstellingen beslissen, is of de instelling lid wordt van de sectororganisatie. Inhoudelijke voeding (wederzijds) gebeurt door de gehele managementlaag. Dus brede afstemming over koers, visie, strategie, etcetera. In die zin kun je de managementlagen niet los van elkaar zien.Werkt een sectororganisatie landelijk of kunnen er ook regionale afspraken worden gemaakt?Een sectororganisatie wordt geen nieuw Den Haag. Zoveel mogelijk rekening houden met lokale wensen en behoeften zal het devies zijn. Dus juist zoveel mogelijk ruimte voor regionaal of zelfs instellingsniveau. Ruime kaders zullen landelijk worden afgesproken, de invulling ervan zoveel mogelijk decentraal.Wat kan ik eraan doen om de komst van een sectororganisatie te bevorderen?Aandringen op discussie over dit thema binnen de organisaties waarvan u of uw instelling lid zijn. Tevens kunt u de bewustwording vergroten dat de sector primair onderwijs n sectororganisatie nodig heeft voor haar verdere ontwikkeling, zonder dat dit nog jaren duurt.Thema > Bakens verzettenKader Primair Special – december 2005
Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.