Vier procent leerkrachten basisschool wil naar VO

Uit onderzoek van ITS blijkt dat 4 procent van de leerkrachten op basisscholen komend jaar wel wil overstappen naar het voortgezet onderwijs; 18 procent wil dat misschien. Onder directeuren is dat respectievelijk 1 en 6 procent. Het onderzoek werd gedaan naar aanleiding van een regeling van OCW die bedoeld is om het dreigende tekort aan leerkrachten in het vo te bestrijden.

Als de economie tot 2010 sterk aantrekt, kan het tekort aan leerkrachten in het vo volgens OCW oplopen tot circa 5 procent van het totaal aantal banen in 2010. Dankzij het amendement-De Vries is daarom eenmalig 5 miljoen euro beschikbaar om gedurende het schooljaar 2007/2008 200 leerkrachten po door te laten stromen naar het vo. Voor schoolbesturen in het vo is per doorstromende leerkracht 25.000 euro (voor loonverlet, scholing en begeleiding) beschikbaar gesteld. De leerkracht krijgt twee jaar de tijd om zijn of haar volledige bevoegdheid voor de nieuwe functie te halen. De middelen mogen alleen worden uitgegeven in het schooljaar 2007/2008 en vo-scholen met achterstandsleerlingen krijgen voorrang op de regeling. Zijn er meer dan 200 overstappers, dan moeten die het zonder fi nanciële ondersteuning doen.

De verwachting is dat de arbeidsmarkt voor het primair onderwijs wat betreft de leerkrachten de komende jaren vrijwel in evenwicht blijft. Een uitzondering vormen wellicht de reformatorische scholen voor speciaal basisonderwijs. Zij hebben grote problemen met het vervullen van vacatures, zo meldt het Reformatorisch Dagblad op basis van eigen onderzoek.

Ontwikkelen
De leerkrachten po die (misschien) willen overstappen vinden het vooral een mooie kans om zich verder te ontwikkelen, blijkt uit het onderzoek. Daarnaast vinden ze het leuk om een of twee vakken te geven met interessante leerstof, om met oudere leerlingen te werken en met verschillende groepen. Als bijkomend voordeel wordt het hogere salaris genoemd. De meeste leerkrachten willen het liefst Nederlands geven, maar voor andere tekortvakken bestaat weinig belangstelling. De belangrijkste reden om de overstap niet te maken is dat de huidige baan prima bevalt en het in het primair onderwijs leuk werken is, met name ook met een eigen groep. Daarnaast geeft een tijdelijke aanstelling en geen terugkeergarantie te veel onzekerheid. Ook wil men het aantal dienstjaren behouden in verband met de ontslagvolgorde. Het laatste is echter ongegrond, omdat het last in first out-principe afgeschaft is.

Goede zaak?
De meeste directeuren en besturen in het po vinden het een goede zaak dat leerkrachten kunnen doorstromen naar het vo, maar verwachten dat dit niet veel zal gebeuren. En als het gaat om doorstroom vanuit de eigen schoolorganisatie zijn ze duidelijk minder positief over de regeling. Ook uiten ze de angst dat er door de doorstroom nog minder mannen in het po blijven werken dan nu. Als voordeel zien ze de mogelijkheid om de teams te verjongen. De po-directies en besturen verwachten niet met onvervulbare vacatures te komen zitten. Een extra stimulering tot het maken van de overstap blijft echter vrijwel overal achterwege en voor een terugkeergarantie voelen de directeuren in overgrote meerderheid ook niets.

Ook het ministerie van Sociale Zaken levert een bijdrage aan het oplossen van het lerarentekort in het vo. Het bekijkt de mogelijkheden om vutters voor de klas te zetten en daarmee het tekort aan docenten op te vangen. Dit meldt persbureau Novum na een onderhoud met een woordvoerder van het ministerie. Sociale Zaken voert hierover momenteel overleg met pensioenfonds ABP. Na Prinsjesdag presenteren zij een plan om de Vervroegde Uittreders te benaderen.

Meer informatie
Het onderzoek van ITS is te downloaden via http://www.minocw.nl/documenten/%20doorstroomlerarenponaarvo.pdf

De subsidie voor doorstroom leerkrachten po naar vo is niet meer van kracht. Voor de subsidieregeling gold 16 juli 2007 als uiterste inschrijfdatum. Die datum is verstreken en niet verlengd.

Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.