‘Trots werknemers onderwijs op dieptepunt’

Laagste percentage van alle sectorenNederlandse werknemers zijn beduidend minder trots op hun organisatie dan een jaar geleden. Het percentage trotse werknemers daalde van 47 naar 35 procent. Binnen het onderwijs was de teruggang spectaculair groter en daalde deze van 50 naar 28 procent. Daarmee telt het onderwijs het laagste percentage trotse werknemers van alle sectoren. Dit blijkt uit de 2010-editie van het periodieke onderzoek van Integron naar medewerkerstevredenheid in Nederland.Werknemers in het onderwijs zijn ook minder tevreden dan hun collega’s in andere sectoren. De sector krijgt van medewerkers een 6,9 op het rapport, exact gelijk aan de score van een jaar eerder. Medewerkers in het onderwijs zijn minder tevreden geworden over de arbeidsomstandigheden (van 7,2 naar 6,8) en de ondernemingsraad (van 6,6 naar 6,3). Ten aanzien van de arbeidsvoorwaarden is er sprake van een lichte stijging (van 6,4 naar 6,6), maar op dit onderdeel is het onderwijs nog steeds hekkensluiter. Iets minder dan de helft van de werknemers in het onderwijs ondervindt gevolgen van de economische crisis. Dat is fors lager dan het landelijk gemiddelde (73 procent). De recessie lijkt het onderwijs dus veel minder te raken dan andere sectorenDertigers minst tevredenPlezier in het werk staat dit jaar zowel in het onderwijs als landelijk op nummer één, als het gaat om waardering voor werkgerelateerde zaken en het belang dat werknemers daaraan hechten. Op nummer twee van deze ‘kernverwachtingen’ staat: Vertrouwen in de integriteit van de direct leidinggevende. Vrouwen zijn dit jaar iets meer tevreden over het werk dan mannen; in 2009 was dit nog andersom. Een andere opvallende ommekeer is dat dertigers nu de minst tevreden werknemers vormen (cijfer 6,9), terwijl eerdere onderzoeken aangaven dat werknemers zich minder tevreden toonden naarmate zij ouder waren. De onderzoeksgroep jonger dan 30 is het meest tevreden (7,3).Kader Primair 1 (september 2010) gaat in op het thema Beroepstrots.

Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.