Beweegmanagement goed instrument om sport en bewegen op schoolagenda te zetten
De alliantie `School en Sport, samen sterker´ wil de jeugd levenslang laten sporten en bewegen. Dit kan door beweegmanagement. Het laat namelijk de schoolgaande jeugd structureel meer en beter bewegen, zowel tijdens als na schooltijd. Het resultaat? Kinderen worden energieker en kunnen zich beter concentreren. Bovendien leren ze bepaald sociaal gedrag aan waardoor ze zich sportiever gaan gedragen en minder pesten. Vier schoolleiders vertellen over hun ervaringen met beweegmanagement.

“Ik wilde met meer aandacht voor sport en bewegen op mijn school problemen in de wijk aanpakken en de kinderen meer bieden dan op een andere school,” vertelt Stephan Haukes, directeur van basisschool de Meiboom. Sinds 2002 is de Meiboom, gelegen in een Nijmeegse achterstandswijk, een sportieve school. Er is meer aandacht voor sporten, spelen, bewegen en gezondheid, zowel tijdens als na schooltijd. “Doordat de kinderen ook na drie uur in de school waren, konden we ze meer leren op zowel sociaal als sportief gebied,” aldus Haukes. “Gevolg was en is dat kinderen op straat nu meer met elkaar praten, waardoor er minder agressie is.” Het sportieve profi el is te realiseren aan de hand van beweegmanagement, dat voortkomt uit het programma `School en Sport´. Dit werd tussen 2001 en 2005 geleid door het Nederlands Instituut voor Sport en Bewegen (NISB), het Nederlands instituut voor lokale Sport en Recreatie (LC; nu Vereniging Sport en Gemeenten), het Nederlands Olympisch Comité*Nederlandse Sport Federatie (NOC*NSF) en de Koninklijke Vereniging van Leraren Lichamelijke Opvoeding (KVLO). Veel initiatieven om kinderen meer te laten bewegen bleken tijdelijk van aard, waardoor de integratie van sport- en spelactiviteiten in het onderwijs spaak liep. Beweegmanagement vormde, met behulp van de zogenaamde BOS-driehoek, een netwerk van buurt-, onderwijs- en sportorganisaties. Met de school als uitvalsbasis om leerlingen direct te benaderen, konden de drie partijen vanuit het onderwijs activiteiten organiseren gericht op het meer en beter Kader Primair Februari 2007 39 sporten en bewegen van de jeugd. Op 7 juni 2005 is de alliantie `School en Sport, samen sterker´ door NOC*NSF en de ministeries van OCW en VWS ondertekend. Het NISB speelt een rol in de uitvoering van de alliantie, met als doel het bereiken van een leven lang sporten en bewegen door de jeugd.

Vorm
De lokale situatie bepaalt de vorm van beweegmanagement. Vaak speelt een vakleerkracht lichamelijke opvoeding een centrale rol door de verantwoordelijkheid voor zowel gymnastieklessen als naschoolse activiteiten. De beweeguren tijdens schooltijd geeft hij vaak zelf, terwijl hij de naschoolse activiteiten of leidt of coördineert, waarvoor hij extra uren krijgt. Verder kunnen een bewegingsconsulent, groepsleerkracht, sportbuurtwerker, jongerenwerker of verenigingsondersteuner of -manager deel uit maken van het beweegmanagement. Bij sommige scholen zijn de naschoolse activiteiten verdeeld over blokken van zes tot acht weken, waarin een sport wordt beoefend. Een blok wordt meestal afgesloten met een toernooi. Bij brede school de Kraal uit Purmerend, waar basisscholen Kawama en Oeboentoe huisvesten, voert de beweegmanager de blokken uit. “Ideaal,” vindt Herre van de Waerdt, directeur van Kawama. “Onze beweegmanager is voor alle kinderen een bekend gezicht omdat ze zowel tijdens als na schooltijd met ze werkt. Bovendien kan zij hun ontwikkeling beter begeleiden.”

Resultaten
Cees van den Berg, directeur van Oeboentoe, vertaalt de positieve resultaten van beweegmanagement als volgt: “Ik zie een verbetering in de concentratie en de motoriek van de kinderen. Door het sociale aspect van sport wordt het gedrag ook beter.” Marie-José Karskens, directrice van de Amsterdamse sportieve school de Springplank, haalt een ander resultaat aan. “Sinds dit jaar krijgen dikke kinderen een uur extra gym per week, waardoor dat probleem structureel aangepakt wordt.” zegt Karskens. “Bovendien worden ze nu minder gepest, omdat het taboe op dik zijn is weggenomen.” Niet alleen de kinderen hebben baat bij beweegmanagement. Ook de school doet er zijn voordeel mee. “Wij zetten de kwaliteiten van onze beweegmanager volledig in, want zij geeft niet alleen gymnastiek maar begeleidt ook kinderen met een bewegingsachterstand. Daarnaast organiseert ze activiteiten en legt ze contacten met de gemeente en sportverenigingen,” licht directeur Van den Berg toe. Sportverenigingen hebben in het netwerk ook veel te bieden. Stephan Haukes: “Een structurele samenwerking met verenigingen kan een meerwaarde zijn door professionele trainers in te zetten.”

Financiële constructie
Een sportieve school heeft een gediplomeerde vakleerkracht in dienst voor de lessen bewegingsonderwijs. Voor de uitvoering of coördinatie van de naschoolse activiteiten is er altijd een apart contract. Omdat gemeenten fi nancieel ondersteunen en omdat elke gemeente een andere constructie volgt, heeft iedere school zijn eigen fi nanciële plaatje. Bij de Meiboom subsidieerde Sportservice Nijmegen in drie jaar afl opend vijftig, vijfendertig en twintig procent van de salariskosten van de beweegmanager. Voor de uren gymnastiek stond deze bij aanvang van het project in augustus 2003 voor 0,33 werktijdfactor op de formatie en voor de overige uren via de gemeentelijke sportservice. Sinds 2006/2007 staat de vakleerkracht volledig op de formatie. Voor de naschoolse uren is er nog steeds een apart contract met de sportservice. De constructie bij brede school de Kraal is anders. De beweegmanager is voor de uren lichamelijke opvoeding opgenomen in de formatie van basisscholen Kawama en Oeboentoe. De uren die deze naschools verricht, zijn ondergebracht bij stichting Confessioneel Primair Onderwijs in Waterland (COPW). Deze stichting detacheert de beweegmanager aan de gemeente Purmerend, die de uren subsidieert.

Drempels
De financiering met subsidiegelden van beweegmanagement vormt een drempel, omdat de meeste gelden tijdelijk van aard zijn. Bij de Meiboom werd de kraan na drie jaar dichtgedraaid. Directeur Haukes koos toch voor een beweegmanager. “Na het eerste jaar ging een vakleerkracht handvaardigheid met pensioen, dus ik kreeg ruimte. Maar anders had ik het ook gedaan. Wij moeten als school bijdragen aan een brede ontwikkeling van het kind,” vindt Haukes. Van den Berg legt ook de nadruk op de kosten, zeker omdat zijn school net als die van collega Van de Waerdt in een startende fase zit. > Foto´s: NISB advertentie advertentie 40 Februari 2007 Kader Primair Kader Primair Februari 2007 41 “In het begin heb je als school nog geen geld om een dergelijk instrument te implementeren. Je moet eerst goed onderwijs leveren,” vindt Van den Berg. Beide directeuren zijn het er wel over eens dat de kosten geen drempel moeten vormen. “Belangrijk is dat je in kansen denkt en niet in bedreigingen,” licht Van de Waerdt toe. Een andere drempel om met beweegmanagement aan de slag te gaan, kan het schoolteam zijn. “Binnen ons team hadden enkele collega´s geen affi niteit met sport. Ze waren bang dat zij mee moesten doen,” vertelt Karskens. “Hier is goed over gepraat. Belangrijk is dat je als directeur en teamleider ieders reactie onderkent, erkent en in z´n waarde laat.”

Advies
Het implementeren van beweegmanagement is een grote verandering in de organisatie van een school. Het is daarom belangrijk dat binnen het team van groepsleerkrachten een breed draagvlak voor sport en bewegen aanwezig is, net als bij het schoolbestuur. “Als hoofd van het team kun je dit creëren door mensen met een visieverhaal over de streep trekken,” adviseert directeur Karskens. “Bovendien kunnen leerlingen ook betrokken worden door ze bijvoorbeeld in werkgroepen mee te laten denken.” Bij de invulling van de naschoolse activiteiten zijn de professionals van de lokale sportverenigingen ook erg belangrijk. Haukes adviseert om zelf contacten aan te gaan met die verenigingen. Voor wie zich eerst wil oriënteren, is het goed een werkbezoek af te leggen. Collega-directeuren Van de Waerdt en Van den Berg, verbonden aan brede school de Kraal, staan hiervoor open. En NISB organiseert dit voorjaar in Nijmegen `Op bezoek bij de Meihorst´.

Meer weten?
NISB, tel. 0318-490900,

http://www.alliantieschoolensport.nl/
http://www.school-en-sport.nl/

Beweegmanagement en de AVS
De AVS houdt zich sinds vorig jaar, op verzoek van en in samenwerking met de alliantie `School en sport, samen sterker´, bezig met het enthousiasmeren en stimuleren van scholen om meer aan de relatie tussen school en sport te doen. De AVS doet dit grotendeels samen met het voortgezet onderwijs en met de Vereniging Bijzondere Scholen (VBS). In dat kader wordt de digitale nieuwsbrief `School en Sport´ verspreid, met praktijkvoorbeelden en met informatie over de verschillende activiteiten. Dit jaar richt men zich vooral op scholen die `nog niet zo ver zijn´. Daarnaast wordt bekeken hoe scholen ondersteuning kunnen krijgen, bijvoorbeeld bij problemen rond onvoldoende voor bewegingsonderwijs bevoegde leerkrachten. Daarvoor is contact gelegd met de KVLO, de organisatie van de gymnastiekleerkrachten. Het is immers voor kinderen, leerkrachten, ouders en schoolleiders van groot belang dat sport en bewegen een vaste plaats krijgen in de schoolse en naschoolse activiteiten! En het is onze verantwoordelijkheid om de sector primair onderwijs daarin bij te staan.

Bron
Kader Primair 6 – Februari 2007

Meer informatie
Auteur: Clement Roos

 

 

Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.

Gerelateerd nieuws