Onverantwoorde economische situatie volgens Landelijke Vereniging Cluster 4 School- of REC-bestuur heeft… Ja Nee …extra groeimogelijkheid gehad op 1 augustus 2006. …gebruik gemaakt van 15%-groeiregeling in 2006. …in augustus 2005 investeringen gedaan uit eigen middelen. …in januari 2006 investeringen gedaan uit eigen middelen. …in augustus 2006 investeringen gedaan uit eigen middelen. Tabel: Investering uit eigen middelen voor opvang (onbekostigde) groei
Eind februari van dit jaar werd het onderzoek `Jaarlijkse inventarisatie ontwikkeling leerlingaantallen Cluster 4´ gepubliceerd door de Landelijke Vereniging Cluster 4/REC´s Cluster 4. De uitkomsten waren niet verrassend: het leerlingenaantal binnen cluster 4 – leerlingen met gedragsproblemen en psychiatrische stoornissen – groeit gestaag.
De afgelopen jaren was de groei van cluster 4 (SO en VSO) gemiddeld 8 procent. De groei binnen alleen het VSO was in die periode aanmerkelijk groter. Het is te verwachten dat deze groei zich de komende jaren voortzet.
Bekostiging
Voor de bekostiging van de leerlingen binnen het speciaal onderwijs wordt de zogenaamde `t-1 systematiek´ gehanteerd: de groei van het leerlingenaantal is voor minimaal een aantal maanden niet bekostigd. Wanneer de groei op een (V)SO-school groter was dan 15 procent, kon er in 2006 gebruik gemaakt worden van een regeling waarin de groei boven dit percentage aanvullend bekostigd werd. Deze regeling was volgens de onderzoekers echter een lapmiddel: in 2006 was de groei van het aantal cluster 4 leerlingen 2117. Uitgaande van deze groei en het feit dat deze gemiddeld vijf maanden niet bekostigd is, komt de geschatte investering uit eigen middelen binnen cluster 4 volgens de jaarlijkse inventarisatie uit op een bedrag van 10.000.000. Een aderlating voor de cluster 4 scholen als de tendens zich de komende jaren voortzet en de bekostigingssystematiek ongewijzigd blijft, meent de Landelijke Vereniging Cluster 4/REC´s Cluster 4. Om deze onverantwoorde economische situatie een halt te bieden, moet volgens de schrijvers van het rapport een directe bekostiging van de groei binnen cluster 4 (t-systematiek) gehanteerd worden. Onderstaande tabel maakt de investeringen uit eigen middelen schrijnend duidelijk.
29% Ja
71% Nee
21% Ja
79% Nee
60% Ja
40% Nee
51% Ja
49% Nee
59% Ja
41% Nee
Bron: `Jaarlijkse inventarisatie ontwikkeling leerlingaantallen Cluster 4´
(Landelijke Vereniging Cluster 4/REC´s Cluster 4)
Wachtlijsten
Het totaal aan wachtlijsten binnen cluster 4 is aanzienlijk, blijkt uit het rapport. De omvang van de wachtlijsten wordt onder andere veroorzaakt door een beperkt beschikbare capaciteit. Vergeleken met voorgaande jaren kan worden geconcludeerd dat de plaatsingslijst (leerlingen met indicatie door een Commissie voor Indicatiestelling die nog niet op een (V)SO-school geplaatst zijn) beduidend kleiner is geworden. Maar de wachtlijsten in totaal zijn sterk gegroeid. Deze groei is vooral terug te vinden in de aanmeldingslijsten (leerlingen die formeel bij REC zijn aangemeld voor indicatiestelling, maar nog niet in het indicatietraject zijn opgenomen). In het rapport wordt gemeld dat het traject moet worden bekostigd uit REC-middelen, die echter niet toereikend zijn. Op dit moment worden veel uitgaven voor de werkzaamheden rondom de aanmeldingslijsten bekostigd uit middelen voor de scholen/het onderwijs. Ook hier zijn volgens de auteurs ruimere fi nanciële middelen nodig om een kwalitatief goede organisatie van wachtlijsten en aanmeldingslijsten mogelijk te maken.
Ambulante begeleiding
Tot slot wordt in de jaarlijkse inventarisatie ingegaan op ambulante begeleiding. Die groeit exponentieel binnen cluster 4. De gemiddelde groei op jaarbasis bedraagt 4390 `rugzakjes´ (basisonderwijs: 2027, SBO: 341, VO: 1823). Binnen cluster 4 bestaan ook wachtlijsten voor ambulante begeleiding. Door de groei is de druk hierop groot, stellen de onderzoekers. “Er is steeds meer gekwalifi ceerd personeel nodig, zowel voor de ambulante begeleiding als de scholen. […] Op korte termijn moet er in scholing en training van nieuwe medewerkers geïnvesteerd worden. […] Daarnaast moet de hele organisatie van ambulante begeleiding op uitbreiding worden ingericht.”
Tekst Heike Sieber
Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.