Alle ontwikkelingen binnen het onderwijs hebben feitelijk één heel belangrijke doelstelling: de mens brengen tot een volwaardig, zelfstandig en autonoom bestaand wezen. Zoveel als mogelijk, in ieder geval. Dat geldt ook voor kinderen met een belemmering in het autistische spectrum. Structuur, duidelijkheid, maar vooral veiligheid zijn primaire behoeften bij deze kinderen, die in de hectiek van onze maatschappij nog wel eens uit het oog verloren kunnen worden. Het Landelijk Netwerk Autisme (LNA) stelde onlangs een `pestprotocol´ op, om het pesten van leerlingen met autisme aan te pakken op scholen.
Tekst Hans van den Berg
Een groep ouders van kinderen met diverse vormen van autisme pleit via de website www.wegmetsinterklaas.com voor het in beeld brengen en dus laten ervaren van het vertrek van Sinterklaas. Wekenlang wordt er aandacht besteed aan de aankomst en de belevenissen van de Goedheiligman, maar over het vertrek van de weldoener wordt met geen woord gerept. En het is juist deze structuur, de voorspelbaarheid en een duidelijk afscheid, waar deze kinderen zo´n behoefte aan hebben, meent deze groep ouders. Wellicht dat scholen op deze manier ook het sinterklaasfeest willen gaan benaderen.
Pestprotocol
Scholen worden steeds vaker geconfronteerd met leerlingen die op de een of andere manier een belemmering hebben, gerelateerd aan een stoornis in het autismespectrum. Het Landelijk Netwerk Autisme (LNA) heeft onlangs in samenwerking met de Radboud Universiteit in Nijmegen een `pestprotocol´ opgesteld om het pesten van leerlingen met autisme aan te pakken op scholen. Pesten komt in allerlei vormen en op alle scholen voor. Scholen zijn verantwoordelijk voor het bieden van een veilige en gestructureerde omgeving, zodat kinderen zich op een goede manier kunnen ontwikkelen. Het onderwijsklimaat dat door een schoolteam wordt gerealiseerd komt tot stand door goede onderlinge afspraken en regels. Het antipestbeleid vormt daar een onderdeel van.
Doelwit
De groepen op school worden steeds gemêleerder. Daarmee wordt het nastreven van een eenduidige richtlijn moeilijker. Voor kinderen met leer-, aandachts-, verwerkings- en/of gedragsproblemen is het extra moeilijk zich op een sociaal aanvaardbare manier te gedragen en zich aan algemeen geldende richtlijnen te conformeren. Leerlingen met autisme worden in dergelijke settings bijna altijd gepest. Zij vormen, juist vanwege deze belemmering, een `makkelijk´ doelwit. In feite zou een op maat gesneden antipest- en sanctiebeleid, zoals die van het LNA, voor deze groep uitkomst kunnen bieden. De door het LNA ontwikkelde handreiking die het pesten van leerlingen met autisme tegen kan gaan, is getiteld `Niet pesten, maar aanpakken!´. De handreiking biedt concrete instrumenten, waaronder `kettingkoppelen´ en `maatjesmeter´. Bij kettingkoppelen wordt een leerling die ondersteuning nodig heeft gedurende zes weken gekoppeld aan een andere leerling, die die ondersteuning kan bieden. Op deze manier wordt een sociale structuur opgebouwd in de klas, waarbij het normaal gevonden wordt dat de zorgleerling hulp krijgt en dus niet alleen komt te staan. De maatjesmeter geeft een `stand van zaken´ weer rondom het aantal vriendjes dat je in een groep hebt. Deze werkvormen bieden een handreiking tot betere integratie van leerlingen met autisme in het regulier en speciaal (basis)onderwijs in het algemeen. Het leert de kinderen dat `anders zijn´, geen `uitzonderlijk zijn´ betekent.
`Niet pesten, maar aanpakken!´, het pestprotocol autisme, is te bestellen via de webshop van het Landelijk Netwerk Autisme in Utrecht, www.landelijknetwerkautisme.nl.
Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.