Selectiemoment po-vo niet uitstellen, wel doorstroom verbeteren

Onderwijsraad pleit voor juniorcolleges en kopklassenHet is niet nodig het selectiemoment voor de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs voor alle leerlingen uit te stellen. Uitstel leidt namelijk niet altijd tot een verbetering van schoolprestaties; voor hele goede leerlingen werkt vroegselectie juist wel positief. Dat stelt de Onderwijsraad in zijn advies ‘Vroeg of laat’, dat de raad onlangs aanbood aan (demissionair) staatssecretaris Van Bijsterveldt (OCW). Wel zijn er volgens de Onderwijsraad enkele nieuwe doorstroomvoorzieningen nodig, waaronder een juniorcollege voor 11 tot 14-jarigen en kopklassen in heel Nederland. Die doorstroomvoorzieningen zijn bedoeld voor de leerlingen die wel benadeeld worden door het vroege keuzemoment voor vervolgonderwijs. Vaak zijn dit leerlingen met een lagere sociaal-economische achtergrond, zegt de Onderwijsraad. “De mogelijkheden die het voortgezet onderwijs biedt moeten beter worden benut. Op cruciale punten moeten de onderwijssoorten dichter bij elkaar komen om de leerlingen een beter perspectief te geven. Dat geldt vooral voor groep 8 en het begin van het voortgezet onderwijs, voor de combinatie mavo en havo en voor combinaties van algemeen en beroepsonderwijs.”, aldus Fons van Wieringen, voorzitter van de Onderwijsraad.Het rapport van de Onderwijsraad is uitgebracht naar aanleiding van kritiek van de OESO, die constateerde dat Nederlandse leerlingen al relatief vroeg moeten kiezen (bij de overgnagpo-vo, terwijl volgens OESO landen met een latere selectieleeftijd het beter doen.Overgang verzachtenDe raad ziet verder belangrijke verbetermogelijkheden in het koppelen van vmbo-tl (theoretische leerweg) aan havo in een gemengde brugklas, in een minder strikte scheiding tussen algemeen voortgezet onderwijs en beroepsonderwijs en in juniorcolleges. Juniorcolleges voor 11 tot 14-jarigen verzachten de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs. De Onderwijsraad stelt ontwikkelingsprojecten voor met juniorcolleges, waarbij nadrukkelijk ook het primair onderwijs betrokken is. “Juniorcolleges combineren de sterke kanten van het primair onderwijs (zelfstandigheid van leerlingen, samenhang van vakken, en een of twee leerkrachten) en het voortgezet onderwijs (inhoudelijke diepgang, volwassener sfeer). Door het onderwijs voor 11-14-jarigen op deze manier te organiseren, worden zij op een geleidelijke manier voorbereid op de stap naar het vervolgonderwijs. Een juniorcollege geeft in principe toegang tot alle soorten vervolgonderwijs, zodat er geen kans is op ongewenste vervroeging van de selectieleeftijd”, aldus de raad in een persbericht.Tevens adviseert de Onderwijsraad om ook buiten de Randstad kopklassen in te voeren: een extra basisschooljaar dat de kansen van zwakke leerlingen, met bijvoorbeeld een taalachterstand, op hoger onderwijs vergroot. Een jaar kopklas moet voorkomen dat zij onder hun niveau doorleren. Veel leerlingen die van de basisschool komen met het advies om naar het vmbo te gaan, kunnen na één jaar bijspijkeren in de kopklas door naar de havo of zelfs het vwo, leert de ervaring in de grote steden.WetgevingStaatssecretaris Van Bijsterveldt laat in een eerste reactie weten enthousiast te zijn over de aanbevelingen van de Onderwijsraad. Ze gaf aan dat het rapport een ondersteuning is van het door haar ingezette beleid om leerlingen naar een hoger niveau te tillen. “De huidige wet- en regelgeving geeft scholen daarvoor al heel veel ruimte, maar ik ben er wel van overtuigd dat die mogelijkheden worden geaccelereerd.” Zij zal daarom het gesprek aangaan met scholen in het primair- en voortgezet onderwijs om een aantal aanbevelingen van de Onderwijsraad gestalte te geven. De brede invoering van de kopklas is de duurste maatregel uit het advies van de Onderwijsraad. “Dat wordt een zaak voor het nieuwe kabinet”, zei Van Bijsterveldt in Trouw.Het voorstel van de Onderwijsraad ligt in het verlengde van de lopende initiatieven die de AVS samen met de PO-Raad en VO-raad heeft genomen om de overgang (inclusief informatie-uitwisseling) van primair naar voortgezet onderwijs soepeler te laten verlopen (programma ’Effectief schakelen tussen PO en VO’). Zoals het beter benutten van de leertijd in groep 8 – op 54 scholen in Nederland gaan de leerlingen van groep 8 als proef de Cito-toets eind maart maken in plaats van begin februari. Dit sluit goed aan bij het advies van de Onderwijsraad, die aangeeft dat het vermogen van leerlingen in groep 8 nog beter benut kan worden.

Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.