Gemiddeld 20 procent van de directievacatures in het primair onderwijs is in schooljaar 2008/2009 niet op tijd ingevuld. Het aantal sollicitanten is vaak schaars en er is een gebrek aan gekwalificeerde kandidaten. De inzet van een interim- of meerschools directeur is de meest gehanteerde ‘oplossing’; gebruikmaken van zij-instromers blijkt niet favoriet, ondanks een regeling hiervoor. Dit blijkt uit het jaarlijkse scholenpanelonderzoek van de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS), dit jaar voor het eerst in samenwerking met dePO-Raad afgenomen, naar de invulling van onderwijsvacatures. Beide organisaties pleiten voor een betere professionalisering om de kwaliteit te verbeteren, een hogere salariëring om het vak aantrekkelijker te maken en betere ondersteuning. De meest recente Onderwijsbegroting kenmerkt zich echter door bezuinigingen op – de professionalisering van – bestuur en management.Aan het onderzoek, dat dit jaar voor de elfde keer is uitgevoerd, deden in het totaal 654 mensen mee; 541 directeuren en 113 bovenschool managers uit het primair onderwijs. Het blijkt dat het tijdig invullen van vacatures het ene jaar beter lukt dan het andere jaar. In schooljaar 2008/2009 werd gemiddeld 80 procent van de directievacatures tijdig ingevuld en 20 procent niet. Dit is vergelijkbaar met de resultaten uit 2007/2008. De vacatures voor de functies van directeur, locatieleider en adjunct-directeur werden relatief het minst vaak tijdig ingevuld, het gaat dan om bijna een kwart dat te lang openstond. Voor de functie van bovenschools managers en middenkader lijken er minder problemen te zijn met het tijdig invullen van vacatures. De omvang van de vacatures voor directiefuncties – van directeur tot middenkader, exclusief bovenschoolse directeuren – lag in 2008/2009 tussen 8,3 en 8,8 procent (fte) in relatie tot de totale directieformatie. Uitgesplitst naar type directiefunctie is de vacatureomvang van schooldirecteuren (12 procent) en locatieleiders (14 procent) het hoogst. Weinig gebruik zij-instroomOngeveer de helft van de scholen geeft aan gemiddelde tot zeer veel moeite te hebben gehad met het vervullen van directievacatures. Het aantal sollicitatiereacties is bijvoorbeeld beduidend minder dan reacties op leerkrachtvacatures. Om vacatures bekend te maken, maken de meeste directeuren gebruik van websites alswww.werkeninhetprimaironderwijs.nl en de eigen website van de stichting of het bestuur. In slechts enkele gevallen plaatst men een vacature in een landelijke krant of tijdschrift.Kader Primair en Kadernieuws zijn daarvoor een van de meest gebruikte vakmedia.De meest genoemde reden voor het niet tijdig invullen van vacatures is het gebrek aan gekwalificeerde kandidaten en krapte op de arbeidsmarkt. Het vertrek van een personeelslid naar een andere school is de meest genoemde reden voor het ontstaan van de vacature. Op de tweede plaats is VUT/pensioen de belangrijkste reden.Evenals voorgaande jaren zijn de inzet van een interim-directeur en meerschools directeur de favoriete oplossingen wanneer directievacatures niet tijdig ingevuld konden worden op schoolniveau. Andere oplossingen – zoals de inzet van een teamlid met waarnemende taken, de inzet van een ‘eigen’ interim-directeur vanaf het ontstaan van de vacature en de inzet van een bovenschoolse directeur met waarnemende taken – zijn iets toegenomen, maar blijven sterk in de minderheid. Slechts 3 procent van de respondenten heeft gebruik gemaakt van de zij-instroomregeling en (op een uitzondering na) alleen voor een leerkrachtfunctie. Zij vinden de regeling redelijk tot zeer zinvol. Degenen die er geen gebruik van hebben gemaakt oordelen meer neutraal.InvesterenOver het feit dat er vaak weinig reacties komen op een directievacature en dat de spaarzame sollicitanten ook nog vaak kwalitatief onder de maat zijn, zegt AVS voorzitter Ton Duif: “Dat betekent dus dat we op de inhoud moeten investeren en op de aantrekkelijkheid van het beroep. De OECD – Organisation for Economic Cooperation and Development: een samenwerkingsverband van dertig landen om (internationaal) sociaal en economisch beleid te bespreken, bestuderen, coördineren en op elkaar af te stemmen – heeft in haar rapport Improving School Leadership aangegeven dat we moeten investeren in schoolleiders op drie niveaus: verbetering van de arbeidsvoorwaarden, versterking van het professioneel niveau en een betere ondersteuning om de werklast terug te dringen. We moeten als onderwijsveld dus veel meer werk maken van de opleidingen voor de managers van morgen: kweekvijvertrajecten, schoolleideropleidingen et cetera. Maar ook de zittende schoolleiders moeten continu (bij)geschoold kunnen worden. Kete Kervezee, voorzitter PO-Raad, vult aan: “Het is dus onverstandig en het geeft ook geen goed signaal af, als juist op de schoolleiding fors bezuinigd wordt door de minister. Bij schoolbestuur en schoolleider staat het belang van goed onderwijs voor ieder kind voorop. Het is echter niet mogelijk om deze bezuiniging door te voeren, zonder daarbij negatieve effecten op het vasthouden en versterken van de kwaliteit van het onderwijs uit te sluiten. Het po wordt dan financieel en inhoudelijk minder aantrekkelijk voor gekwalificeerde nieuwkomers.”Leerkrachtvervanging blijft lastigDe leerkrachtvacatures zijn in 2008/2009 volgens het scholenpanel, in tegenstelling tot de directiefuncties, net als voorgaande jaren bijna allemaal tijdig ingevuld. Directeuren geven aan dat ze op leerkrachtvacatures redelijk veel reacties krijgen. Gemiddeld genomen kost het dan ook weinig moeite om deze vacatures te vervullen. De omvang van de leerkrachtvacatures is 6,9 procent ten opzichte van de totale leerkrachtformatie van de scholen in het onderzoek; een lager percentage dan voorgaande jaren.Leerkrachtvervangingen blijken echter – in lijn met eerdere metingen – behoorlijke moeite tekosten. Een tijdelijke uitbreiding van de aanstellingsomvang van een parttimer is ook nu weer de meest toegepaste maatregel. Daarnaast wordt de invallerspool regelmatig genoemd.Overigens is van de directievacatures die aan het begin van het huidige schooljaar bestonden in totaal momenteel slechts 34 procent tijdig ingevuld; het beste is dit gelukt voor de adjunct- en middenkaderfunctie. Vacatures voor bovenschools managers, directeuren en locatieleiders kosten meer moeite. Mogelijk zijn hier wel vacatures bij waarvan nu nog niet gezegd kan worden of ze tijdig ingevuld worden, omdat de reactietermijn nog niet is verlopen.Download het volledige scholenpanelonderzoek: Onderzoeksrapportage vacatures 2008-2009Vorige scholenpanels: www.avs.nl/vereniging/meepraten/scholenpanels
Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.