Hoewel de werkgelegenheid voor schoolleiders in de periode 2013-2019 met zo’n zeven procent is afgenomen, is het aandeel vrouwelijke schoolleiders toegenomen. Ongeveer drie op de tien nieuwe schoolleiders stroomt in van buiten het voortgezet onderwijs. Maar ook onder leraren in het vo is behoorlijk wat interesse om schoolleider te worden. Dat blijkt onder andere uit een arbeidsmarktonderzoek naar schoolleiders in het voortgezet onderwijs van Voion.
De werkgelegenheid voor schoolleiders is in de periode 2013-2019 met ruim zeven procent afgenomen naar 4.140 fte. Ook het aandeel schoolleiders ten opzichte van de totale werkgelegenheid in de sector is in deze periode licht gedaald. Een duidelijke verklaring hiervoor ontbreekt. Het aandeel vrouwelijke schoolleiders is tussen 2013 en 2019 toegenomen van ruim 30 procent tot bijna 39 procent. Het aandeel schoolleiders onder de 45 jaar is in deze periode gestegen en het aandeel 55- tot 65-jarigen is gedaald.
Een overgrote meerderheid van schoolleiders heeft een aanstelling van 0,8 fte of groter. Minder dan 4 procent werkt in een deeltijdbaan van minder dan 0,8 fte.
Vacatures
Het aantal vacatures voor directieleden stijgt. De stijging is kleiner dan de toename van vacatures voor leraren en onderwijsondersteunend personeel. Het aandeel vacatures dat vervuld wordt, is hoog. Het aandeel moeilijk vervulbare vacatures voor directieleden fluctueert sterk van jaar op jaar, wat te maken heeft met een beperkt aantal waarnemingen.
Instroom
Nieuwe schoolleiders stromen voor een groot deel door vanuit andere functies binnen het voortgezet onderwijs. Iets minder dan een derde van de nieuwe schoolleiders komt van buiten het voortgezet onderwijs. Het is onbekend uit welke sector zij afkomstig zijn. Deels kan het gaan om schoolleiders uit het po of mbo.
Imago en interesse
Een grotere invloed hebben op het beleid en de kwaliteit van het onderwijs zijn motieven voor leraren om het schoolleiderschap te overwegen. Ook zien veel leraren het als een interessante en uitdagende functie. Voor potentieel geïnteresseerden (leidinggevenden buiten het onderwijs met minimaal een hbo-diploma) is de maatschappelijke relevantie van het werk de belangrijkste beweegreden in deze overweging.
Ruimte om een opleiding te kunnen volgen, de mogelijkheid om de functie als onderdeel van een duo te vervullen en de mogelijkheid om de functie te combineren met een andere functie kunnen het schoolleiderschap aantrekkelijker maken voor leraren. Voor veel potentieel geïnteresseerden zou het helpen wanneer ze het werk eerst kunnen proberen. Ook een hoger salaris, goede mogelijkheden om werk en privé te combineren en meer begeleiding zijn factoren die een rol spelen in de overweging.
Belemmeringen
Werkdruk is voor leraren de belangrijkste reden om het schoolleiderschap niet te overwegen. Voor potentieel geïnteresseerden vormen (gepercipieerde) regels en procedures, een relatief laag salaris en hoge werkdruk belemmeringen.
Aanbevelingen
Om de instroom van leraren en zij-instromers in het schoolleiderschap te bevorderen doen de onderzoekers een aantal aanbevelingen. Zo kan het bieden van scholing en uitgebreide professionaliseringsactiviteiten binnen een schoolbestuur of kweekvijvertrajecten voor schoolleiders zorgen voor een sterkere aantrekkingskracht. Ook zou er ruimte geboden kunnen worden voor gedeeld leiderschap: naast een leraar kan bijvoorbeeld een zij-instromer worden ingezet, zodat ze beiden gebruik kunnen maken van elkaars expertise op het gebied van onderwijs en management.
Een tekort aan schoolleiders?
De beschikbare informatie geeft een beeld van vraag en aanbod naar schoolleiders, maar dat beeld is onscherp. De vacature-intensiteit, het aandeel vacatures dat vervuld wordt en het aandeel moeilijk vervulbare vacatures geeft een indicatie van krapte op de arbeidsmarkt, maar precieze informatie over een eventueel overschot of tekort aan schoolleiders is niet voorhanden. Om te bepalen of er een tekort verwacht kan worden, is nader onderzoek nodig.
Arbeidsmarktonderzoek
Voion heeft dit arbeidsmarktonderzoek laten uitvoeren om meer inzicht te krijgen in de arbeidsmarkt voor schoolleiders in het voortgezet onderwijs, de vraag naar en het aanbod van nieuwe schoolleiders, en het imago en de interesse voor dit beroep. Hiervoor zijn data van de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO) en uit de laatste vijf edities van de Arbeidsmarktbarometer po, vo en mbo gebruikt. Daarnaast is een vragenlijstonderzoek uitgevoerd onder twee panels en is secundaire data uit het WERKonderzoek geanalyseerd.