Om de onderwijskwaliteit op de diverse instellingen voor 10-14 onderwijs in Nederland te kunnen waarborgen, is het nodig dat er een goede wettelijke verankering komt. Dat schrijft de Inspectie van het Onderwijs in het rapport X. In hetzelfde rapport constateert de inspectie dat de aansluiting van po op vo niet altijd optimaal is en dat de 10-14 initiatieven een oplossing willen bieden voor de nadelen van vroege selectie.
Wet- en regelgeving is nu vastgelegd voor de afzonderlijke onderwijssectoren, waaronder het primair (po) en het voortgezet onderwijs (vo). Leerlingen in de leeftijd tot en met 11/12 jaar vallen over het algemeen binnen het po en gaan daarna naar het vo. Het 10-14 onderwijs is bedoeld voor een groep leerlingen die normaal gesproken verdeeld is over deze twee onderwijssectoren, met elk eigen wet- en regelgeving. De huidige situatie zonder passende wet- en regelgeving voor sectordoorbrekend onderwijs kent de nodige risico’s en de meerwaarde in de vorm van een ononderbroken leerlijn voor de leerlingen is niet gegarandeerd. De leerlijn zou zelfs juist verstoord kunnen raken door het onvoldoende stellen en evalueren van doelen ten aanzien van het onderwijs en het leren.
De inspectie deed onderzoek naar 12 initiatieven voor 10-14 onderwijs, in aanvulling op een eerder gepubliceerd monitoringsonderzoek van onderzoeksbureau Oberon. Het onderzoek van de inspectie laat zien dat deze initiatieven niet alleen flink uiteenlopen op het gebied van groepssamenstellingen en onderwijsconcepten, maar ook in de onderzochte onderdelen van de onderwijskwaliteit. Er is aanleiding tot zorgen over de kwaliteitszorg van het merendeel van de initiatieven. Het rapport toont ook goede voorbeelden, bijvoorbeeld over doorlopende leerlijnen en leerlingbegeleiding.
Er is een groeiende belangstelling voor sectordoorbrekend onderwijs aan 10- tot 14-jarige leerlingen. Het regeerakkoord biedt sinds 2017 ruimte voor samenwerking tussen scholen om dit onderwijs te verzorgen.
De laatste tijd komt op verschillende plekken de vraag naar voren of de selectie van leerlingen op 11- of 12-jarige leeftijd met de daarop volgende verdeling over verschillende niveaus en soorten voortgezet onderwijs wellicht te vroeg komt. Een vroege selectie, schrijven de onderzoekers, zou een negatieve invloed kunnen hebben op het succesvol doorlopen en afronden van het voortgezet onderwijs en daarmee op de latere kansen van leerlingen in het vervolgonderwijs en op de arbeidsmarkt.
Het succesvol doorlopen en afronden van het voortgezet onderwijs is van grote invloed op de latere kansen van leerlingen in het vervolgonderwijs en op de arbeidsmarkt. Een vroege selectie zou hierop een negatieve invloed kunnen hebben. Het rapport geeft ook aan dat de aansluiting van het po op het vo niet altijd optimaal is, met een negatief effect op de ononderbroken ontwikkeling van leerlingen. De inspectie concludeert dat een goed doordachte visie met heldere doelen en een cyclisch stelsel van kwaliteitszorg, evenals passende wet- en regelgeving, voorwaardelijk zijn voor een positief effect van 10-14 onderwijs op de kennis- en talentontwikkeling en eerlijke kansen voor alle leerlingen.