Onderwijsdebat: tijd voor structurele oplossingen

Op maandag 30 oktober vond het Onderwijsverkiezingsdebat plaats. Politici van de grootste partijen hebben hun standpunten over de uitdagingen die er liggen voor het onderwijs van nu en de toekomst laten horen. AVS was erbij en neemt politieke statements mee in haar lobby.

AVS heeft in de aanloop van het debat meegedacht over thema’s en stellingen. Naast ruim 120  deelnemers in de zaal volgden ruim 300 kijkers het debat via de livestream. Het Onderwijsdebat, georganiseerd door de Stichting van het Onderwijs, vond plaats in het ROC Mondriaan in Den Haag.

Politieke partijen

Onder begeleiding van debatleider Lennart Booij, in het verleden zelf politiek actief, werden er vijf stellingen voorgelegd aan politici van de in de peiling grootste partijen:

  • Lisa Westerveld (PvdA/GroenLinks)
  • Hans Teunissen (D66)
  • Nico Drost (ChristenUnie)
  • Jalt de Haan (CDA)
  • Willem Poppe (BBB)
  • Aant Jelle Soepboer (Nieuw Sociaal Contract)
  • Simone Richardson (VVD)
Foto’s: LinkedIn

Stellingen

Bestuursleden van de Stichting van het Onderwijs leidden door een korte pitch iedere stelling in:

  1. Als er geen bevoegde leraar voor de klas staat, is het beter een klas naar huis te sturen
  2. Voor kansengelijkheid is het beter om leerlingen pas na de onderbouw van het voortgezet onderwijs te selecteren
  3. Goed onderwijs is te koop: commercieel aanbod is noodzakelijk voor kwaliteit
  4. Artikel 23 is niet meer van deze tijd.
  5. Maak opleidingen voor tekortberoepen gratis

Vervolgens nodigde Booij drie of vier partijen uit om met elkaar in debat te gaan over de stelling. Elk onderwerp werd afgesloten met een presentatie waarop te zien was wat het Nederlandse volk vindt van de stelling.

Structurele oplossingen

Politici van PvdA/GL en NSC erkennen dat de problemen in het onderwijs fundamenteel zijn en dat er structureel geïnvesteerd moet worden in het aantrekkelijk maken van het beroep en de sector. De BBB haalt de vorming van Onderwijsregio’s aan als mogelijke oplossing voor het personeelstekort.

Bij de stelling over het selecteren van leerlingen pas na de onderbouw van het vo spreekt de VVD over meer maatwerk en differentiëren. D66 is voor later selecteren en betrekt ook de rijke schooldag bij deze stelling. CU wil stoppen met de Eindtoets en is voor het opzetten van brede brugklassen.

Foto: Stichting van het Onderwijs

Politieke partijen zijn het niet eens met het feit dat goed onderwijs ‘te koop’ is. De SP hamert erop dat er geïnvesteerd moet worden in leraren en doet een oproep voor kleinere klassen. VVD vindt dat de scholen en opleidingen zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van het onderwijs. En ook hier spreekt met name het CDA weer over structurele financiering als oplossing voor de problemen binnen de sector.

Artikel 23, dat regelt dat de zorg voor en toezicht op het onderwijs een taak is van de overheid en het geven van onderwijs vrij is, zorgt voor de nodige discussies onder de leden van D66, de CU en PvdA/GL. Daar waar de CU vindt dat er niet getornd mag worden aan Artikel 23 zijn D66 en PvdA/GL voor het moderniseren van de wet en het vastleggen van een acceptatieplicht in leerrecht.

Op de stelling over het gratis maken van tekortberoepen zegt de SP; ‘Goed idee, waarom niet?’ De BBB, NSC en het CDA zeggen ‘nee’. Opleidingen moeten betaalbaar zijn en er liggen kansen op het gebied van het aantrekkelijk maken van het beroep en de secundaire arbeidsvoorwaarden.

Politieke twistpunten

Specifieke aandacht voor schoolleiders was er tijdens het debat niet. Met het oog op de verkiezingen en een nieuw te vormen kabinet is het voor AVS van belang om de politieke statements van partijen goed in beeld te hebben. Op het moment dat AVS er in slaagt goede contacten te onderhouden met partijen kunnen belangen makkelijker en beter behartigd worden.