Als het aan staatssecretaris Dijksma van onderwijs ligt, komt er extra geld voor administratieve ondersteuning van schoolleiders in het primair onderwijs. Ook komen de conciërges terug op de scholen en zullen scholen die goed presteren minder vaak bezocht worden door de inspectie. Bovendien zullen zij minder uitvoerig verantwoording hoeven af te leggen. Dijksma deed de toezegging de mogelijkheden hiertoe te onderzoeken na forse kritiek van Ton Duif, voorzitter van de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS), op radio 1, donderdag 17 mei 2007.
Ton Duif uitte zijn kritiek op de huidige tendens alles te moeten verantwoorden, waardoor de bureaucratische en administratieve rompslomp steeds verder toeneemt, ter ondersteuning van de brandbrief die drie Amsterdamse schoolleiders namens 162 collega-directeuren aan minister Plasterk (Onderwijs) stuurden. In hun brief stellen zij: “alles moet schriftelijk worden vastgelegd in plannen, protocollen, verslagen en beleid. Alles moet meetbaar en toetsbaar zijn.” Aldus het Parool. Op deze manier komen de scholen steeds minder toe aan het eigenlijke werk, het opleiden van de kinderen, aldus de directeuren.
Ton Duif, AVS: “Natuurlijk moet een school verantwoording afleggen over waar het geld naar toe gaat en moeten ze de vorderingen van de kinderen inzichtelijk maken. Maar er is een grens en die hebben we zo langzamerhand overschreden. Werkelijk alles wat een school wil of doet moet worden vastgelegd, in tig-voud worden aangevraagd en achteraf ook weer worden verantwoord. Dit staat adequaat inspelen op wat nodig is voor het onderwijs en dus voor het kind in de weg.”
Ook het feit dat er op scholen steeds minder vaak een conciërge werkt, brengt extra werk voor de schoolleiders met zich mee. “Uit angst voor insluipers moet de deur tegenwoordig op slot. De leerkracht staat voor de klas. Wie doet de deur dus open voor de te laat komende kinderen? De directeur”, noemt Duif als voorbeeld van een van de vele dagelijks terugkerende werkonderbrekingen waar de schoolleider mee te maken heeft. “Bovendien moeten scholen steeds meer inspelen op veranderingen in de maatschappij: maaltijden in de klas omdat steeds meer ouders nalaten hun kinderen goed te voeden, tussenschoolse opvang, voor- en naschoolse opvang, et cetera. Op zich valt hier best over te praten met schoolleiders, maar de politiek moet zich wel realiseren dat dit soort nieuwe `opdrachten´ niet vanzelf vervult worden.”
De extra investeringen in het onderwijs, waar steeds over gesproken wordt, zijn bij lange na niet genoeg om de benodigde extra ondersteuning van te betalen. Er moeten dus duidelijk nieuwe keuzes gemaakt worden. Duif: “Wat we nu aan onderwijs uitgeven is bij lange na niet genoeg om onze kinderen goed voor te bereiden op een leven na school. En kinderen doorlopen maar één keer de basisschool. Wat we nu niet doen, kunnen we straks niet meer goedmaken”.
De AVS is blij met de gedane toezegging van de staatssecretaris: te onderzoeken waar het mogelijk is de bureaucratie te verminderen én waar geld voor extra ondersteuning kan worden vrijgemaakt. Structureel geld, om echte functies in te kunnen voeren. Herinvoering van de Melkertbanen ziet de AVS niet als oplossing.