In vergelijking met de vorige lockdown hebben bijna alle scholen vanaf het begin alle leerlingen in beeld. Ook worden er meer leerlingen opgevangen, met name ook kwetsbare leerlingen. Dat blijkt uit een peiling van de Algemene Vereniging Schoolleiders (AVS) onder meer dan duizend schooldirecteuren in het basisonderwijs en zeventig leidinggevenden in het voortgezet onderwijs.
81 procent van de schoolleiders maakt zich zorgen over de impact van de virusmutatie. Op 87 procent van de scholen maken ook meerdere leraren zich zorgen. Toch denkt 51 procent van de schoolleiders dat het met de informatie van nu goed zou zijn om de scholen vanaf 18 januari weer te openen. ‘Schoolleiders en leraren maken zich dus zorgen, maar ook vinden ze onderwijs enorm belangrijk. En niet alleen voor groep 8 en examenklassen. Voorrang bij het vaccineren is zeker iets waar we ook met het ministerie over willen spreken’, aldus AVS-voorzitter Petra van Haren en dat is niet raar gezien het belang van de sector.
95 procent van de scholen vangt kwetsbare kinderen op. Vaak verdeeld over meerdere groepen, maar vooral ook leerlingen uit groep 3, 4 en 5. Gemiddeld is 16 procent van de leerlingen op school, waarvan 11 procent vanwege ouders in een vitaal beroep en 5 procent vanwege een kwetsbare positie van de leerling. Bijvoorbeeld bij een school van 300 leerlingen gaat het gemiddeld dan respectievelijk om 33 en 15 leerlingen, dus bijna 50 in totaal. Op een aantal scholen zijn alle leerlingen als kwetsbaar aangemerkt en komen dus alle leerlingen naar school, maar dat is een uitzondering.
Van Haren: ‘Van de vorige lockdown hebben we geleerd dat de zorg voor met name de kwetsbare leerlingen heel belangrijk is bij het voorkomen dat er grote leerachterstanden ontstaan. We zien dat dit op veel scholen vanaf het begin direct wordt opgepakt.’
In het speciaal basisonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs liggen de percentages iets hoger. Daar is gemiddeld respectievelijk 21 en 25 procent van de leerlingen op school, omdat hier meer kwetsbare leerlingen zijn.
De meeste scholen hebben dagelijks contact met leerlingen. Bijna 20 procent heeft wekelijks contact met leerlingen. Daarnaast heeft 10 procent dagelijks, 35 procent wekelijks en 48 procent alleen als de situatie daartoe vraagt contact met ouders. Het contact verloopt via videobellen (83 procent), door controle van opdrachten (66 procent), telefonisch (59 procent) of via e-mail (56 procent). 90 procent van de scholen geeft aan dat ouders tevreden zijn.
Vrijwel alle scholen (99 procent) is tevreden met de manier waarop het afstandsonderwijs is ingericht. 65 procent van de scholen heeft leerlingen al huiswerk mee gegeven naar huis. Op ruim een kwart van de scholen beschikken nog niet alle leerlingen over een device.
Op 89 procent van de scholen is er een goede afstemming met lokale autoriteiten, zoals de gemeente en GGD. Op 93 procent van de scholen is er een goede afstemming met de kinderopvang en BSO. Op 21 procent van de scholen is er een samenwerking met andere scholen of besturen over de noodopvang.
93 procent van de scholen heeft alle leerlingen in beeld. Tijdens de vorige periode van lockdown was dat na een paar weken 80 procent. Op 7 procent van de scholen ontbreken na een dag nog één of meerdere leerlingen. Om hoeveel leerlingen het precies gaat, is nog niet bekend. ‘Tijdens de vorige lockdown werden we overvallen door vele leerlingen die ineens uit beeld waren. Door een goede communicatie zowel landelijk als van de scholen lijkt dat nu behoorlijk goed te gaan. Ook het bewustzijn bij ouders en anderen draagt daar mogelijk aan bij. Het is heel belangrijk dat leerlingen in contact blijven met de school en hun huiswerk krijgen, zodat ze niet achterop raken’, aldus Van Haren.
Volgens 63 procent van de schoolleiders is de werkdruk sinds de coronacrisis toegenomen. Volgens 31 procent is de werkdruk gelijk gebleven en volgens 6 procent is de werkdruk lager. Op 14 procent van de scholen zijn er teamleden niet inzetbaar vanwege corona-gerelateerde omstandigheden. Daarnaast heeft 16 procent van de scholen een vacatureruimte van gemiddeld 13 procent. Het leraren- en schoolleiders- tekort is nog steeds een groot probleem. ‘In de zorg is er afgelopen maanden extra hard gewerkt, maar ook in het onderwijs zetten mensen alle zeilen bij. Het zijn schoolleiders die steeds alles weer organiseren. We weten met elkaar hoe belangrijk het onderwijs in Nederland is.’