Dat blijkt uit een onderzoek dat de theologische faculteit dat de Radboud Universiteit in Nijmegen heeft uitgevoerd in opdracht van de Nederlandse Katholieke Schoolraad (NKSR). De leerlingen en leerkrachten hebben volgens het onderzoek wel belangstelling voor vieringen op school, maar die hebben meestal niet de vorm van de rooms-katholieke liturgie en gaan uit van algemeen christelijke noties en van de multiculturele ontmoeting. De kloof tussen de kerk en het katholieke onderwijs is een punt van zorg voor de NKSR, omdat die de band met het instituut zeer belangrijk vindt. Het onderzoek sluit aan op een beleidsplan van de NKSR dat aangeeft hoe de katholieke inspiratie kan doorwerken op de scholen. Voor het onderzoek is aan 1179 betrokkenen uit het katholieke onderwijs een vragenlijst voorgelegd. Het betrof ouders van leerlingen uit groep vijf van het primair onderwijs, leerkrachten uit het basisonderwijs, leerlingen uit de vierde en vijfde klas van het voortgezet onderwijs en docenten uit het voortgezet onderwijs. Van alle ondervraagden noemt 56 procent zich katholiek, zonder dat dat een grote kerkelijke betrokkenheid betekent. Uitgesplitst naar schooltype, blijkt dat de meerderheid van ouders en leerkrachten in het basisonderwijs zich katholiek noemt, maar dat in het voortgezet onderwijs een minderheid van de ondervraagden zich als katholiek beschouwt. Actueel
Kader Primair 2 – Oktober 2006