Waar in De Luizenmoeder de schooldirecteur televisie wel eens werd neergezet als een lulletje rozenwater, laat rector Eric van ’t Zelfde (49) van het tv-programma Dream School zien dat het vak van schoolleider keihard werken is. “De uitdagingen in Dream School zijn op veel scholen aan de orde van de dag en worden als we zo doorgaan alleen maar groter. Het is tijd voor een revolutie. We moeten als schoolleiders steviger opkomen voor onze positie.”
“Naar aanleiding van een interview dat ik had gegeven, belde de producer van Dream School me indertijd op. Het programma was in Engeland geflopt, ze wilden het hier beter doen. Of ik wilde meedenken. Toen ik de naam Lucia Rijker hoorde vallen, werd ik helemaal blij. We zijn er met zijn tweeën ingestapt. Een belangrijke motivatie voor deelname was wat anderen ‘het Eric-syndroom’ noemen: als het slecht gaat met een kind, wil ik erbij zijn. Als iemand om hulp vraagt, dan wil ik helpen. Daarnaast hoopte ik via Dream School te kunnen laten zien hoe zwaar het kan zijn om in het onderwijs te werken en hoe complex beschadigde kinderen kunnen zijn. Als je ziet hoeveel reacties we nu krijgen uit het onderwijs en hoeveel mbo’s in Nederland de dag starten met het kijken naar de meest recente uitzending, dan heeft Dream School mijn verwachtingen meer dan overtroffen.”
“Ik ben zachter geworden. Ik besef nog meer dat straf nooit zonder zorg kan. Als je iemand schorst, dan moet je direct zorg bieden. Momenteel zoek ik daarom in de schoolbegroting naar de mogelijkheid om meer orthopedagogen en leerlingbegeleiders aan te trekken.”
“Ik besef nog meer dat straf nooit zonder zorg kan”
Eric van ’t Zelfde
“Ik ben schoolleider geworden om op een ander niveau invloed te krijgen op het onderwijs. Het viel mij op dat het vaak draait om het systeem in plaats van de bedoeling. Het is de bedoeling, volgens mij, dat je goed bent voor je leraren en dat voor je leerlingen daardoor goed onderwijs een natuurlijk gevolg is. Maar nee, wij willen dat weer meten. Data driven bezig zijn met dashboards en alles moet agile. Daar word ik niet blij van. Ik bemoei mij dagelijks met zorgleerlingen. Als er opstootjes zijn of er is iemand betrapt met een zakje wiet, dan wil ik er bij zijn. Ik probeer dichtbij mijn leerlingen en mijn zorgteam te staan. Tegelijkertijd moet ik de grote lijnen helder hebben over welke stappen deze school moet maken.”
“Je team moet weten dat je ze steunt en dat als het spannend wordt je ze dekt. Daarnaast faciliteer je mensen met professionalisering en door budgetten en tijd vrij te maken. Op elk niveau aantoonbaar maken dat je heel veel voor ze overhebt. Als leidinggevende heb je een voorbeeldfunctie. Maar je moet niet met je fanclub bezig zijn, want soms moeten er minder populaire maatregelen getroffen worden.”
“Je moet in ieder geval humor hebben. En zorgen dat je niet te veel meegaat in de emotie. Het gaat erom dat je met een helikopterview leiding blijft bieden om uit de ellende te raken.”
“Het personeelstekort. Sinds een jaar vraag ik me daarom af of ik nog wel directeur wil zijn. Welk plan ik schrijf, welke lessentabel ik ontwikkel, welke belofte ik ouders en kinderen maak: ik kan geen leraren meer vinden. Daar zit ik nu ook mee met die NPO-middelen. Ik heb niet eens genoeg mensen voor mijn reguliere lessen en daar word ik echt depressief van. Als ik zie wat dit met onderwijs doet, met leerlingen en de schooldirectie: ik voel mij ontzettend in de steek gelaten door de politiek.”
“Als het probleem een tekort is, is het probleem pas opgelost als er geen tekort meer is. Ik heb genoeg wiskunde gehad om die som te maken. Dan moet je je afvragen hoe je dat tekort wegwerkt. Al twintig jaar zeggen politieke lobbyclubs dat leraren moeten kunnen groeien. Dat vind ik eenzijdig gelul. Je moet van het leraarschap alleen maar weer een rechtvaardige baan maken. Het Europees gemiddelde ligt op 20 uur lessen per week, wij zitten op 25 uur per week. De werkdruk is daardoor veel te hoog, terwijl de koopkracht te laag is. Het onderwijs, de zorg en de politie: die sectoren houden onze maatschappij op de been. Zij houden ons land veilig, verzorgen en voeden op. Als je het nu zo regelt dat deze werknemers maximaal 30 procent belasting moeten betalen, dan hoef je de salarissen niet te verhogen om de koopkracht te verbeteren. Door werkdrukvermindering en een betere beloning laat je een brede waardering zien, waardoor meer mensen zullen zeggen: ‘ik word leraar’.”
“Je bent natuurlijk gek als je schoolleider wordt. Als directeur krijg je alle ellende op je bord. Met het huidige salarisverschil kun je beter leraar worden. Dat komt ook doordat mijn werk moeilijk wordt op een niveau waarop het niet moeilijk zou mogen zijn. Dan kom ik weer terug op het lerarentekort. In het zoeken naar nieuwe mensen gaat zo veel tijd zitten dat ik steeds minder tijd overhoud om na te denken wat goed onderwijs is. Ik beland steeds weer in een operationeel moeras. En tijd om op te laden is er nauwelijks. De politiek belegt steeds op vrijdagavond een persconferentie. En wie zit er dan op zaterdag brieven te typen die naar de MR moeten? Dan weet je wel wie zijn sport of boodschappen weer door kan schuiven.”
“Als je in goed contact staat met je personeel, leerlingen en ouders is het schoolleiderschap zeker niet eenzaam. Met 108 man personeel heb ik een enorme hoeveelheid hersenen ter beschikking, die met me mee kan denken. Ik ben niet zo ouderwets dat ik alles zelf moet weten. De eindbeslissing neem ik, maar daar betrek ik veel mensen bij.”
“Wij hebben in Nederland 2,5 miljoen mensen die onder de armoedegrens leven, waarvan 700.000 kinderen. Op vrijwel elke basisschool kom je deze kinderen tegen en dan heb ik het nog niet eens over kinderen van gescheiden ouders, kinderen die slachtoffer zijn van seksueel misbruik of huiselijk geweld. Als ‘normaal kind’ is het leven en het onderwijssysteem al moeilijk genoeg. Laat staan als je van dat soort blessures hebt. Wat mij nog steeds raakt, is de feedback van leerlingen. In Rotterdam waar ik lang gewerkt heb, leven veel kinderen flink onder de armoedegrens. Dat heeft impact op hun zelfvertrouwen. We hebben daar toen een totaalonderwijs ontwikkeld om leerlingen beter en zelfstandiger te maken. Dan zie je dat je met je team een stuk samenleving kan redden.”
“Als het slecht gaat met een kind, wil ik er bij zijn.
Eric van ’t Zelfde
Als iemand om hulp vraagt, dan wil ik helpen”
“Van mijn vader moesten we rechtvaardig en moedig zijn. Als iemand om hulp vraagt, moet je hem helpen. Dat is erin geslepen. Geef wel je grenzen aan en stel je onzinfilter in. Hulp mag niet onvoorwaardelijk zijn. Ik heb in interactie met mensen geleerd dat dit heel goed werkt. Ter illustratie, een leraar die de kantjes eraf loopt mag dat horen, maar je moet wel nadenken hoe je de boodschap brengt. Zaken benoemen, maar de ander niet beschadigen en altijd een uitweg bieden. Zorg dat je het verhaal erachter snapt, daarin ligt vaak het echte antwoord.”
“Een school voor kinderen van twee tot en met achttien jaar, gebaseerd op een sportfilosofie, met een culturele en doorlopende leerlijn. Ik ben ooit begonnen om mijn dream school op te zetten. Die school liep supergoed. We scoorden ver boven het landelijk gemiddelde, maar ik bleef leerlingen krijgen met twee jaar leerachterstand op het gebied van rekenen en begrijpend lezen. Op een gegeven moment dacht ik: waarom beginnen we geen eigen basisschool? Dat is uiteindelijk niet gelukt. De besturen wilden niet mee, ze gingen ineens op de bedrijfsvoering letten en niet op het kind. Nadat ik mezelf daartegen ben gaan verzetten, ben ik ‘met pek en veren’ uit Rotterdam verdreven. Maar mijn droom is gebleven. Zeker in gebieden als Noord-Groningen, Roermond, Amsterdam-West, Schilderswijk of Rotterdam-Zuid moet het onderwijs nog beter optrekken met justitie en zorgteams en sportclubs. Daar moet een vorm van totaalonderwijs plaatsvinden. En ook nog een keertje met de beste lerarenteams.”
“Een samenleving die accepteert dat de plek waar je wieg staat je toekomst bepaalt, is ten dode opgeschreven. Het kapitalisme is het filiaal van ‘de dood’. Want dan blijven de kanslozen kansloos en de slimmen worden alleen maar slimmer. Ik vind dat je mag ageren tegen dit onrecht.”
“Als een kind veel potentie heeft maar wegens omstandigheden iets achterloopt, dan gun ik zo’n leerling negen jaar basisschool in een klas met een goede leraar. Ik blijf het apart vinden dat alleen kinderen met de beste hersenen zes jaar lang voortgezet onderwijs mogen volgen en dat als je wat minder begaafd ben, je het met vier jaar moet doen. Ik zou flexibeler willen zijn met vakkenpakketten. Een voorbeeld. Als een leerling met een leerachterstand van twee jaar voor het vak Nederlands op school komt: waarom mag die dan geen Duits en Frans laten vallen om die extra tijd in het Nederlanders te stoppen? Op die manier vergroot je de kans dat zo’n jongen of meisje met een diploma van school komt. En zeg nou zelf, de taal van de toekomst is toch geen Duits of Frans? Dat is of programmeren of Chinees. We lopen hopeloos achter. Kijk, die onderwijskundige discussies mis ik.”
“Ik overweeg dit jaar voor het eerst in 25 jaar
Eric van ’t Zelfde
om geen directeur meer te zijn”
“Op scholen zijn sterke zorgteams nodig. Het aantal leerlingen bepaalt momenteel of je een leraar of conciërge kan aannemen, maar nergens is vastgelegd per hoeveel leerlingen je een zorgfunctionaris mag hebben. Daarnaast moet er in het voortgezet onderwijs gewerkt worden met universitair opgeleide orthopedagogen en psychologen. Je moet ervan op aan kunnen dat als een kind hulp nodig heeft, jouw zorgteam dat kan bieden. De onderwijssector moet hier veel meer in investeren, te meer omdat we passend onderwijs cadeau hebben gekregen van het ministerie. Dat passende onderwijs veroorzaakt problemen waarvoor kinderen de prijs betalen. Stel je hebt een vmbo-basis of – kaderklas met 26 leerlingen, van wie er zestien bij het zorgteam lopen. Probeer dan maar eens Nederlandse les te geven, wiskunde of Engels. Of een praktijkvak. Dan is je leven als leraar zwaar. Als kinderen veilig zijn, zich gewaardeerd voelen en je met elkaar een relatie hebt, dan kun je pas gaan leren. Geen prestatie zonder relatie.”
“Het mag wel wat steviger. Het is de politiek gelukt om de vakbonden tegen elkaar uit te spelen. We zouden als onderwijspersoneel één front moeten vormen. De bestuurders hebben zich weer een flinke bonus gegeven, maar voor schoolleiders en leraren blijft er weinig over. Het is tijd voor een revolutie. Afgelopen jaar heb ik voor het eerst gedacht om te stoppen met directiefuncties. Ik dacht: ik zoek een blank schooltje en ga lekker 3,5 dag in de week Shakespeare geven. Enerzijds zwak van mijzelf, anderzijds wil ik mij niet langer storen aan het onrecht dat het onderwijs wordt aangedaan.”
Eric van ’t Zelfde (1972) startte zijn carrière in het onderwijs als docent Engels. In 2009 werd hij rector van OSG Hugo de Groot in Rotterdam welke hij wist om te turnen tot een van de beste scholen. In 2016 werd Van ’t Zelfde rector van het Lyceum Oudehoven in Gorinchem en sinds augustus 2019 is hij directeur op het College De Brink in Laren. Van ’t Zelfde werd een bekende schoolleider door zijn deelname als rector aan het tv-programma Dream School.
Interessant?
Dit artikel stond in Kader, het vakblad voor schoolleiders, dat AVS-leden maandelijks ontvangen. AVS komt op voor de belangen van schoolleiders in het basis- en voortgezet onderwijs. Word ook lid of abonnee, ontvang voortaan iedere maand een kersvers exemplaar in de brievenbus en versterk de positie van schoolleiders.