Impulsgebieden (april 2009)

Onze schoolorganisatie kent scholen, locaties, dislocaties en nevenvestigingen. Wat wordt extra bekostigd door de invoering van impulsgebieden (wijziging gewichtenregeling vanaf schooljaar 2009/2010)?

In een brief (13 februari 2009) van staatssecretaris Dijksma aan de besturen en directies van scholen schrijft zij over de uitwerking van de impulsgebieden: “Als uw hoofd- of nevenvestiging in een genoemd postcodegebied staat, komt uw school in aanmerking voor extra middelen.” Het ministerie kent uitsluitend de begrippen hoofd- en nevenvestiging. Deze komen beide in aanmerking voor bekostiging. Gemeenten hanteren andere begrippen als het om huisvestingszaken gaat. Zij spreken van hoofd- of dislocaties. Binnen schoolorganisaties zelf kunnen nog andere begrippen rouleren, zoals bijvoorbeeld dependance. Voor de toekenning van extra middelen in het kader van de gewichtenregeling kijkt het ministerie uitsluitend of de hoofdof nevenvestiging in een van de aangewezen postcodegebieden ligt. In de praktijk kan het dus voorkomen dat een locatie wél is gevestigd in een aangewezen postcodegebied en de hoofdvestiging níet. Dan worden géén extra impulsbedragen toegekend. Ook kan de situatie zich voordoen dat de school niet in een aangewezen postcodegebied staat, maar dat een groot deel van de leerlingen wel in een aangewezen postcodegebied woont. In dat geval krijgt de school naast de gewichtengelden géén extra impulsbedragen. De situatie kan uiteraard ook omgekeerd zijn. Bij een bestuur met meerdere scholen bestaat de vrijheid om de gelden te herverdelen. Het gaat tenslotte niet om geoormerkt geld. Bovendien wordt het aan het bestuur toegekend. Wel heeft de GMR adviesrecht over de verdeling van middelen in hoofdlijnen. De AVS adviseert scholen bij de verdeling van de middelen wel aan te sluiten bij het doel van de toekenning. Schoolleiders kunnen er dus bijvoorbeeld voor kiezen om het geld toe te wijzen aan scholen met kinderen met een nieuw gewicht, waarvan de postcode op de lijst van OCW staat, in plaats van de school met de juiste postcode. Eventueel kan een drempel worden ingebouwd, zodat het geld niet bij scholen terecht komt die slechts enkele kinderen met een juiste postcode hebben. Daarmee wordt beter aangesloten bij het doel van de regeling; extra bedragen toekennen aan scholen die te maken hebben met een cumulatie van problemen door de sociaaleconomische omgeving waarin de leerlingen opgroeien. Voor advies over de verdeling kunt u contact opnemen met de AVS Helpdesk.

Tekst: Jannita Witten

AVS helpdesk

Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.