Op scholen met hechte lerarenteams is er meer onderling vertrouwen en meer gezamenlijke besluitvorming dan in scholen met minder hecht verbonden leerkrachten. Bovendien geldt hoe dichter een schoolleider bij de leerkrachten staat, en hoe centraler zijn of haar plaats in het sociale netwerk, hoe beter een school in staat is om goed om te aan met onderwijsvernieuwing. Dit stelt Nienke Moolenaar, promovenda aan de Universiteit van Amsterdam. De onderzoekster concludeert dat sociale netwerken een belangrijke rol spelen bij de invoering van vernieuwingen in het onderwijs, zoals de introductie van nieuwe lesmethoden. Beleidsmakers, schoolleiders, leerkrachten en andere onderwijsprofessionals kunnen met deze wetenschap hun voordeel doen. Zo is het belangrijk om bij het ontwerpen en invoeren van onderwijsvernieuwingen meer rekening te houden met de manier waarop een schoolteam gezamenlijk de vernieuwingen ervaart en doorvoert.
De werkrelaties tussen leerkrachten worden vaak gezien als belangrijke bouwstenen van een sterk schoolteam. Wanneer leerkrachten een hecht sociaal netwerk vormen en zo steeds informatie, kennis en expertise uitwisselen, kunnen leerkrachten en leerlingen hier profijt van hebben. Moolenaar ontdekte bijvoorbeeld dat leerkrachten die sterke onderlinge relaties hebben, meer bereid zijn om nieuwe dingen te proberen om het onderwijs te verbeteren. Ook nemen deze leerkrachten vaker samen beslissingen over de invulling en uitvoering van het onderwijs. Bovendien ontstaat er een `collectief zelfvertrouwen´ dat goed is voor het onderwijs aan de leerlingen.