Het AVS-congres stond dit jaar in het teken van de maatschappelijke verantwoordelijkheid van de school. Onder de titel Voor elkaar congresseerden zo’n zevenhonderd schoolleiders over dit thema. Onderwijsminister Van der Hoeven hield een toespraak.
Iedereen die al eens een AVS-congres bezocht, weet dat het eigenlijk niet alleen maar gaat om de sprekers en workshops. Al bevinden zich daar toppers onder als Tom van t Hek, met een meer dan interessante en met humor gebrachte voordracht over coaching. Het gaat niet zozeer om de informatiemarkt, hoeveel nuttigs daar ook te halen valt dit jaar meer dan veertig stands. Ook gaat het niet alleen om de jaarrede van AVS voorzitter Ton Duif of om de ieder jaar weer verrassende gastspreker, al heette zij dit keer Maria van der Hoeven. Nee, het is vooral de ontmoeting met de collegas die het congres voor velen tot een jaarlijks terugkerend feest van herkenning maakt. Je ziet ze dan ook overal bij elkaar staan en zitten daar in het Nieuwegeins Business Center, de schoolleiders en bovenschools managers. Netwerkend, ideen uitwisselend of gewoon gezellig bijpratend. Te beginnen bij de koffie met gebak tijdens de ontvangst en afsluitend bij het happy hour, waar veel deelnemers nog het gemeenschappelijke diner aan vastknopen. De kracht van het congres is dat je er door genspireerd wordt, zo vat een trouwe congresganger de dag kernachtig samen.
Traditiegetrouw opende voorzitter Ton Duif het congres met zijn jaarrede. Daarin ging hij nader in op het thema maatschappelijke verantwoordelijkheid. Wij voelen de maatschappelijke verantwoordelijkheid, want scholen staan midden in de samenleving. De problemen van onze kinderen verdwijnen niet bij de voordeur van de school. Onderwijs kan een belangrijke bijdrage leveren, aldus Duif. Onderwijsminister Maria van der Hoeven benaderde het congresthema vanuit de naderende lumpsumbekostiging en de maatschappelijke verantwoording die daarover in alle transparantie moet worden afgelegd. Binnen de vastgelegde kaders heeft u nu de beleidsruimte om naar eigen inzicht met de financile middelen om te gaan. Om die zodanig in te zetten, dat de kwaliteit van het onderwijs omhoog gaat. De minister riep op vooral te investeren in personeelsbeleid en daar goede plannen van aanpak voor te maken. Ook stond zij stil bij zaken als de Code goed bestuur en good governance. Zon verdere ontwikkeling van de Code goed bestuur past bij een sector die zich bewust is van haar maatschappelijke verantwoordelijkheid. () Daarbij is een fatsoenlijke beloning het uitgangspunt, rekening houdend met de realiteit van de arbeidsmarkt; maar ook binnen een bestuurscultuur van bescheidenheid zoals de Onderwijsraad het fraai formuleert. Gelukkig onderscheidt het primair onderwijs zich gunstig door een relatief lage overhead, dat is een compliment waard. De minister kondigde aan enkele basisprincipes van governance op korte termijn vast te leggen in de wetgeving voor funderend onderwijs. De kritiek van Ton Duif, uitgesproken tijdens zijn jaarrede, dat te weinig structureel genvesteerd wordt in het funderend onderwijs, pareerde Van der Hoeven met de stelling dat de laatste jaren veel extra middelen zijn vrijgemaakt. Alles bij elkaar een mooie zak geld, aldus Van der Hoeven die de toehoorders daarbij een heuse jutezak voorzien van euroteken voorhield. Voor Tom van t Hek aanleiding om daar later, tijdens zijn eigen plenaire sessie, op terug te komen. Een decorstuk: in woorden vol, in werkelijkheid leeg, luidde zijn onversneden mening. In de wandelgangen, na afloop van het plenaire gedeelte, reageerde ook Duif kritisch op de toespraak. Lumpsum, autonomie, verantwoording afleggen, allemaal prima. Maar als je de verantwoordingseisen zo hoog opschroeft, blijft er van autonomie weinig over. Dan heb je aan de achterkant alles dichtgeregeld, waardoor je aan de voorkant geen keuzes meer kunt maken. Fel was hij over de manier waarop de politiek maatschappelijke problemen op het bordje van de scholen schuift. Je ziet dat Den Haag kiest voor een budgettaire benadering van problemen. Er is een probleem zoals de kinderopvang, wij hebben een budget: probleem opgelost. Maar of dat budget past bij het probleem, daar hoor je niemand over. De domheid en bekrompenheid van de eindverantwoordelijke boekhouders in Den Haag nekken ons. Diezelfde bekrompenheid ziet hij terug in de beloning van schoolleiders. Een te laag bedrag van het beschikbare budget wordt genvesteerd in schoolleiders. Het wordt steeds moeilijker goede mensen te trekken. Hij kondigde dan ook aan de periode voorafgaand aan de Tweede Kamer verkiezingen te gebruiken voor een intensieve lobby.
Een hele congresdag lang zoemde het vervolgens van de activiteiten. De standhouders hielden stand onder de vele vragen die zij voorgelegd kregen, voor de workshopleiders was er het nodige werk aan de winkel en de plenaire sprekers lieten luid en duidelijk van zich horen. Tom van t Hek vormde voor velen een hoogtepunt met zijn humorvolle sessie over coaching. Bijzonder dit jaar was de aanwezigheid van een heuse schoolklas met kinderen, de doelgroep waar we het uiteindelijk allemaal voor doen. Zij probeerden een tiental techniekproefjes uit, daar opgesteld door deelnemers aan het project Meester hoe werkt het?. Een project bedoeld om het geven van techniekles in het basisonderwijs te bevorderen. Ernst, Bobbie en de rest, bekend van televisie, maakten het voor deze kinderen extra feestelijk. Ook schoolmanagend Nederland genoot zichtbaar. Kostte meezingen met het lied Ik ben een soepkip nog enige moeite, helemaal los ging het bij Ik ben de baas. De AVS leden die het congres bezochten, kunnen terugzien op een geslaagde dag.
Interessant?
Dit artikel stond in KADER , het vakblad voor schoolleiders, dat AVS-leden exclusief ontvangen. Wil jij ook KADER op de deurmat hebben? Word ook lid of abonnee, ontvang voortaan een kersvers exemplaar in de brievenbus en versterk de positie van schoolleiders.