Dijksma in gesprek met veld over verbeteren taal en rekenen

Het verbeteren van de taal- en rekenprestaties in het primair onderwijs is het belangrijkste doel van de conceptnotitie ‘Scholen voor morgen’ (kwaliteitsagenda), waarover staatssecretaris Dijksma op 19 november voor het eerst in gesprek ging met het onderwijsveld.

Samen met organisaties en deskundigen uit het primair onderwijs is de afgelopen tijd gewerkt aan de – nadrukkelijk niet statische – kwaliteitsagenda. Op 19 november werd de notitie voor het eerst besproken met 150 leerkrachten, schoolleiders en andere deskundigen uit het onderwijs, zoals de Canadese onderwijsadviseur Michael Fullan. Hij is de grondlegger van de theorie die Dijksma gebruikt om de taal- en rekenprestaties van leerlingen te verbeteren. In de agenda ligt daarop dan ook de nadruk. Nederland zit internationaal gezien nog steeds in de kopgroep, maar willen we dit zo houden dan moet er volgens Dijksma een schepje bovenop. Alle betrokkenen zijn het erover eens dat de basisvaardigheden taal en rekenen van alle leerlingen aan het eind van de basisschool op niveau moeten zijn. Dan kunnen deze leerlingen goed verder in het vervolgonderwijs. Dijksma formuleert in de kwaliteitsagenda enkele stevige doelstellingen die zij in 2009–2011 ingevuld wil zien.

Eigen kracht
De maatregelen die Dijksma voorstelt om de doelstellingen te bereiken hebben geen verplicht karakter; de verantwoordelijkheid ligt bij de scholen zelf en de overheid biedt ruimte en ondersteuning voor doorontwikkeling op eigen kracht. Enkele kernprincipes zijn:
• vastleggen einddoelen taal- en rekenen (met behulp van Expertgroep Doorlopende Leerlijnen Taal en Rekenen)
• referentieniveaus ontwikkelen om leerprestaties beter te kunnen vergelijken
• betere analyse van uitkomsten leerlingvolgsysteem en deze vertalen in concrete verbeteringsvoorstellen
• goede kwaliteitszorg, zoals omschreven in het (nieuwe) toezichtkader van de Inspectie • goed werkgeverschap door gemotiveerde en goed opgeleide schoolleiders, die leerkrachten in staat stellen het beste uit de leerlingen te halen (leren van elkaar)
• een dekkend aanbod van voor- en vroegschoolse educatie; het eerste pilotproject ‘Spraak Makend’ om taalachterstanden bij peuters te verminderen is inmiddels gestart in Oost-Groningen. Verder komen in de kwaliteitsagenda ook aan bod: een rijke leeromgeving (onder meer taal en rekenen verbinden met ander vakken), de kwaliteit van pabo-studenten, de werkdruk van de schoolleiding, de professionalisering van leerkrachten (fundatie) en brede scholen.

Projectbureau kwaliteit
De extra middelen die Dijksma inzet voor de uitvoering van de maatregelen zijn deels afhankelijk van de begrotingsonderhandelingen, die in het teken staan van de voorstellen van de Commissie Leraren van Rinnooy Kan. Als ‘uitvoeringsorgaan’ van de maatregelen is het PO Platfom Kwaliteit en Innovatie gevraagd een projectbureau kwaliteit (PK) primair onderwijs in te richten; geen nieuw instituut, maar een versteviging van het huidige platform. Het is de bedoeling dat dit organisatorisch wordt ondergebracht bij de toekomstige Sectororganisatie PO, die in dialoog met het veld jaarlijks advies zal uitbrengen aan de staatssecretaris over de strategie en uitvoering van de kwaliteitsagenda.


De conceptnotitie ‘Scholen voor morgen’ wordt nog voor de begrotingsbehandeling aan de Tweede Kamer gestuurd. U kunt deze hieronder downloaden

Meer informatie
Download:Scholen voor morgen

         
   
       
   
       
   
         
   
Let op: Dit artikel is meer dan vijf jaar geleden gepubliceerd en bevat wellicht incorrecte, onvolledige of ongeldige informatie.

Gerelateerd nieuws