In de beleidsreactie op het rapport van de commissie Dijsselbloem zegde staatssecretaris Dijksma eenvoorstel toe voor het verbeteren van de toets- en verantwoordingspraktijk in het primair onderwijs. Toetsenworden een middel om het niveau van de leerlingen te verbeteren, in plaats van een middel om de school ophaar prestaties af te rekenen. De focus verschuift dus van afrekenen naar verbeteren. Dit staat in de brief dieDijksma op 16 juni aan de Tweede Kamer stuurde, waarin zij haar voorstel verder uitwerkt.
Staatssecretaris Dijksma wil het taal- enrekenniveau van kinderen op basisscholenverbeteren en zet daarvoor verschillendeactiviteiten in gang. Het afnemenvan toetsen is al zeer gebruikelijk in hetbasisonderwijs. Extra toetsen vindt zijniet nodig, verplichte begin- en eindtoetsenkomen er niet. Voor de scholen komener referentieniveaus voor taal en rekenen,zodat scholen kunnen zien welkniveau een leerling zou moeten hebbenop een bepaald moment. De Inspectievan het Onderwijs gaat scholen beterbeoordelen op de voortgang van hunleerlingen. Op deze manier is niet alleenhet niveau van een leerling in groep 8gezichtsbepalend voor een school, maarveel meer de toegevoegde waarde: hoeheeft een leerling zich binnen de schoolontwikkeld?
Scholen kunnen volgens Dijksma meeropbrengstgericht gaan werken. Als ermeer met de toetsresultaten wordt gedaan,kunnen scholen hun leerlingenbeter leren lezen, schrijven en rekenen.Zo kunnen scholen zien hoe elke leerlingop verschillende momenten presteerten kunnen ouders duidelijk zien hoe deschool ervoor zorgt dat het niveau vande leerlingen op het gewenste peil komten blijft.
De brief met het voorstel van Dijksmaover het verbeteren van de toets- en verantwoordingspraktijkin het po is te vindenop
www.minocw.nl