Leden blij met bijeenkomsten Nieuwe rol AVS Oudega Den Haag Bevindingen Auteur
Belangenbehartiging van schoolleiders was, is en blijft het doel van de AVS. De schoolleider heeft er de afgelopen jaren echter steeds meer verantwoordelijkheden bij gekregen. Velen zijn inmiddels leider van een educatieve onderneming. Niet alleen deze rol verandert in razend tempo, ook de sector in zijn geheel krijgt meer te zeggen over de financiering van ons onderwijs. De AVS vraagt zich af op welke manier in deze situatie de belangenbehartiging van leden het best gewaarborgd en gecontinueerd wordt. Conclusie is dat de huidige versnippering van belangenbehartiging door verschillende partijen het belang van de sector in het algemeen en het belang van de schoolleider in het bijzonder niet dient. Er worden vele miljoenen in het onderwijs geïnvesteerd, maar die komen niet of nauwelijks bij de leerlingen terecht. Na alle andere onderwijssectoren dient ook in het primair onderwijs de noodzaak zich aan om te komen tot één sectororganisatie. AVS voorzitter Ton Duif: “De belangenbehartiging is nu in handen van diverse organisaties die allemaal hun eigen insteek hebben en daardoor makkelijk tegen elkaar uitgespeeld kunnen worden door het departement en de politiek. We hebben niets tegen verzuiling als het gaat om identiteit en levensbeschouwing, belangrijke elementen in de opvoeding en vorming van jonge kinderen. Maar kwaliteit laat zich niet denominatief duiden. De AVS heeft al vaker de knuppel in het hoenderhok gegooid, nu ook met deze discussie over een sectororganisatie.” Ton Duif gaat ervan uit dat het mogelijk is binnen een jaar te komen tot het inrichten van één sectororganisatie voor het primair onderwijs.
In haar nieuwe rol investeert de AVS in belangenbehartiging en professionele ondersteuning voor werkgevers. De rol van schooldirecteuren in het veld verandert: zij zijn in grote mate bezig met werkgeverszaken. Ze nemen belangrijke beslissingen, hebben budgetverantwoordelijkheid, ontslaan en vervangen personeel, etcetera. De AVS wil naar “één loket waar alles te krijgen is”, aldus Duif. Scholen moeten rechtstreeks bij deze sectororganisatie aangesloten zijn. De belangenbehartiging kan zich daarbij in de toekomst ook uitstrekken tot ouders, leraren, vakbonden, besturen en wellicht ook leerlingen. Gezamenlijk vormen ze een ronde tafel waar de belangen en noden van de sector worden besproken. De sectororganisatie voert de regie over deze dialoog en weet de resultaten daarvan te verzilveren aan de CAO tafel en in het bekostigingsoverleg met de minister. In plaats van zeven partijen die strijden om de aandacht is er dan één organisatie. De AVS is inmiddels in gesprek met diverse organisaties en vindt het belangrijk dat er schot in de zaak komt. Duif: “Wie mee wil optrekken is welkom, maar we wachten niet oneindig op consensus van andere partijen.” Tijdens de ledenbijeenkomsten inventariseert de AVS onder andere de mening van haar achterban over de plannen voor een sectororganisatie.
Kristlike basisskoalle De Grnslach in het Friese Oudega vormde het decor voor de eerste ledenbijeenkomst, begin september. De nabijheid van de ontmoeting was voor een flink aantal Friese directeuren en bovenschools directeuren aanleiding genoeg om op deze bijeenkomst af te komen. “Je bent toch nieuwsgierig wat de AVS te melden heeft. Welke koers ze wil gaan varen,” aldus één van de aanwezige directeuren. De discussie spitste zich toe op de belangenbehartiging voor de beroepsgroep directeuren binnen de sectororganisatie. “Dat moet een speerpunt blijven”, vinden de aanwezigen, daarin gesteund door Ton Duif. “Onze doelgroep verandert niet. De sectororganisatie wordt gevormd door directeuren en eindverantwoordelijken.” Michiel Wigman, directeur bij de AVS: “We gaan niet opeens iets anders doen. Belangenbehartiging blijven we doen. Professionalisering blijven we doen. Wat daarbij komt is invulling geven aan de rol als werkgevers en de ondersteuning daarbij.” Wel wijst Duif op het mogelijke spanningsveld tussen de belangen van directeuren en bovenschools directeuren. “Daar lopen we niet voor weg. In de sectororganisatie hebben bovenschools manager en directeur als werkgevers een gezamenlijk belang. De rol van de schooldirecteur is in toenemende mate die van werkgever en manager. Zijn of haar werkgeversbelangen moeten ook behartigd worden. Juridische geschillen van schoolleiders vanuit hun werknemersrol worden nu al via de Stichting Support1 met onafhankelijke juristen en advocaten opgelost.” Het maken van een duidelijk onderscheid tussen bestuurders en management blijkt een heikele kwestie. De knip zit volgens de AVS tussen toezichthouders en uitvoerders. Het is aan de schoolorganisaties om daar een eigen invulling aan te geven. Duif: “Er is geen blauwdruk; wel is er het basisprincipe van gescheiden toezicht en uitvoering.” Sommige leden gaven aan zich zorgen te maken over het imago van de schoolleider. Zeker als straks de lumpsumbekostiging van start gaat en er lastige afwegingen gemaakt moeten worden. “We zitten hier wel in Friesland”, aldus een directeur van een kleinere school. “Veel van ons staan nog twee tot drie dagen voor de klas. Wat als je de afweging moet maken tussen meer tijd voor directietaken of de inzet van een intern begeleider?” Bijkomend probleem is dat grotere besturen wel in staat zijn directeuren te faciliteren en dat de concurrentie toeneemt. “Afwegingen maken waarbij je zelf als partij betrokken bent, is lastig,” erkent Ton Duif. “Het is een kwestie van durf, leiderschap en vertrouwen hebben in jezelf. Misschien is het een idee een klankbordgroep hierover in het leven te roepen.” Het thema ongelijkheid wordt ook in verband gebracht met de salariëring en de verschillende loonschalen waarin directeuren kunnen zitten. Duif verwacht dat ongelijkheid met de invoering van lumpsum alleen maar toeneemt. “De AVS streeft ernaar dat de professionalisering zo toeneemt dat je ook durft te zeggen: Waag het eens die vrijheid van mij af te nemen!” Veel leden ervaren de AVS als ver weg. De mogelijkheden elkaar echt te ontmoeten zijn beperkt. De AVS onderkent dat probleem en is volgens Michiel Wigman op zoek naar mogelijkheden om meer tweerichtingsverkeer te bewerkstelligen. Eén van die mogelijkheden is intussen van start gegaan: het AVS Scholenportaal. Op de nieuwe website van de AVS is kennis delen een belangrijk aspect. Leden kunnen meningen uitwisselen, problemen delen en kennis vergaren via netwerken, beleidscommissies en trainingen van de AVS. Daarnaast wordt nagedacht over regionale, thematische bijeenkomsten.
De diversiteit was groot in het sfeervolle klaslokaal van PCB De Prinse Haghe in Den Haag: éénpitters, directeuren uit speciaal en openbaar onderwijs, schooldirecteuren en bovenschools managers, mannen en één vrouw. “Ik wil horen welke ideeën de AVS heeft over bijvoorbeeld de spanning tussen bovenschools manager en schooldirecteur. Kader Primair lees ik regelmatig, maar ik vind het belangrijk dingen niet alleen te lezen, maar ook te horen en te zien.” De Haagse schoolleiders zijn benieuwd naar de nieuwe rol van de AVS in de sectororganisatie. Duif geeft aan de AVS sterk genoeg te vinden om de beweging op gang te krijgen, zodat andere organisaties meegaan in de sectororganisatie: “We moeten samenwerken en hebben de steun van de leden hard nodig. We kunnen ook gemakkelijker de collectieve belangenbehartiging doen aan de werkgeverskant, omdat schoolleiders en bovenschools managers dan rechtstreeks de werkgeversinzet kunnen bepalen. Ook als een stichtingsbestuur geen lid wordt, kun je zelf individueel lid zijn. Die mogelijkheid blijft bestaan. Helaas verzet een aantal besturenorganisaties zich nog tegen de sectorvorming.” Op de vraag hoe de toekomstige CAO primair onderwijs eruit moet zien, antwoordt Wigman dat er meer ondernemerschap nodig is in de CAO-ontwikkelingen. “Schoolleiders moeten op decentraal niveau zelf onderdelen kunnen invullen. Achter de schermen is momenteel een discussie gaande over een à la carte structuur, die meer individueel gericht is. De CAO is een middel, geen doel.”
Wat volgens Ton Duif opvalt tijdens de ledenbijeenkomsten is het verschil tussen de problemen waar directeuren elke dag tegenaan lopen en de mogelijkheden om dit op centraal niveau te regelen. “Voor mij een teken dat verdere professionalisering echt essentieel is, zodat mensen beter in staat zijn hun vak uit te oefenen.” Verder blijkt de hele gedachte over een sectororganisatie nog niet zo makkelijk uit te leggen. “Wat niet wil zeggen dat het geen goede gedachte is!” Wigman resumeert: “Ik heb begrip gehoord voor het verhaal dat je vanuit een sectororganisatie de belangen beter kunt behartigen dan vanuit de huidige positie. De krachtigste boodschap was dat we ons op onze primaire doelgroep moeten blijven richten, de leidinggevenden.”
Verder in dit nummer
Kader Primair 2 – Oktober 2005