De toekomst begint nú. En zo is het in het onderwijs echt. Schooldirecteuren zijn al vroeg bezig, vaak al meteen na de kerstvakantie, met het voorbereiden van wat erin het nieuwe schooljaar moet gebeuren. Het is een beste puzzel – zo’n jaarplan. Want elk idee, elke verandering moet niet alleen passen in de visie van de school, maar ook gedragen worden door je collega’s, de leerlingen, hun ouders en de omgeving. Juist in die verbinding zit de magie. En, als schoolleider ben je de ultieme verbinder die koers houdt en iedereen aan elkaar weet te koppelen, zodat ze elkaar versterken, opvangen, meenemen en inspireren.

Heel wat werk dat directeuren voor het nieuwe jaarplan doen, blijft echter onzichtbaar en zeker als alles op rolletjes loopt. Meestal lukt het schoolleiders om links- of rechtsom de school goed organiseren. Achter ieder goede leraar staat immers een geweldige schoolleider, zo lees je in KADER 8. Maar wat als er geen medewerker meer te vinden is? Pas als het écht goed mis is, zoals nu met de fikse personeelstekorten of eerder met de coronapandemie, en klassen toch naar huis gestuurd moeten worden, blijkt dat de directeur niet ‘almachtig’ is. Althans, niet als het gaat om enorme, structurele problemen. Je kunt niet alle gaten dichtlopen en misschien moet je dat ook niet willen.

Als directeur weet je precies voor welke uitdagingen je school staat en met jouw helicopterview help je je team en de leerlingen verder. Dat is de kracht van goed schoolleiderschap. Je kunt en moet niet altijd álles zelf oplossen. Dat erkennen, prioriteit geven en vervolgens doen wat je kan met wat binnen je mogelijkheden ligt, is ook werken aan de toekomst. Bovendien draagt het bij aan zelfbehoud en aan plezier in je vak en dát hoort net zo goed in je (persoonlijke) jaarplan thuis.